calendar tag arrow download print
Doorgaan naar inhoud

Hoe verkleint Europa zijn digitale afhankelijkheid van grote platformbedrijven?

Artikel
11 mei 2022
Europa digitale afhankelijkheid

Foto: Denise Jans - Unsplash

Image
Een bezorger van Thuisbezorgd fietst over een brug

In april 2022 is in de EU een akkoord bereikt over twee wetgevingspakketten die de Europese digitale autonomie moeten vergroten: de Digital Markets Act (DMA) en de Digital Services Act (DSA). De DMA pakt de marktmacht van grote online platformen aan. De DSA moet een veiligere online omgeving creëren voor Europese burgers en consumenten en de verspreiding van illegale content online bestrijden. De komende maanden onderzoekt het Rathenau Instituut de oorzaken van Europese digitale afhankelijkheid en hoe die kan worden verkleind.

In het kort:

  • De DSA en DMA omvatten maatregelen om Europese overheden en burgers meer zeggenschap te geven over bijvoorbeeld datagebruik en om het toezicht op een eerlijke markt online te versterken.
  • Het Rathenau Instituut onderzoekt hoe Europese samenlevingen meer digitaal onafhankelijk kunnen worden van grote platformbedrijven.

Digitale afhankelijkheid

Europese samenlevingen worden steeds afhankelijker van multinationale platformbedrijven, zoals Google, Amazon, Meta en Apple. Zowel overheden, maatschappelijke organisaties als burgers ervaren deze afhankelijkheid in toenemende mate als problematisch, omdat hierdoor publieke waarden zoals veiligheid en democratische vrijheden onder druk komen te staan.

Europese overheden zijn voor publieke taken in bijvoorbeeld het onderwijs, defensie of de zorg afhankelijk van grote platformbedrijven. Daar wil Europa verandering in brengen. Ook wil Europa dat data beter te benutten zijn door partijen in haar interne markt. Deze data zijn nu grotendeels in handen van niet-Europese multinationale platformbedrijven. Het streven naar meer digitale autonomie werd onlangs expliciet benoemd in de nieuwe Europese verklaring over digitale principes en rechten en in de digitaliseringsstrategie van het kabinet-Rutte IV.

Het Rathenau Instituut wijst al jaren op de maatschappelijke risico’s van onze digitale afhankelijkheid van de multinationale platformbedrijven. We constateren bijvoorbeeld dat grote platformen in toenemende mate de infrastructuur leveren voor het online publieke debat. Dit publieke debat staat met de verspreiding van desinformatie, de opkomst van deepfakes en politieke microtargeting onder druk.

Maatregelen in de Digital Markets Act

De DMA lijkt de Europese afhankelijkheid van de grootste platformen te verkleinen¹. De verordening introduceert nieuwe regels die met name gericht zijn op de zogenaamde poortwachters, ofwel gatekeepers. Dit zijn bedrijven met een beurswaarde van minstens 75 miljard euro of een jaaromzet van 7,5 miljard euro en aanvullend minstens 45 miljoen gebruikers per maand.

Maatregelen in de Digital Services Act

De DSA introduceert nieuwe regels die met name gericht zijn op de grootste online platformen en aanbieders van online tussenhandelsdiensten, zoals hostingdiensten en internetaanbieders². De DSA bevat strengere maatregelen voor online platformen (zoals marktplaatsen en socialemediabedrijven) en zeer grote online platformen (Very Large Online Platforms, oftewel VLOPs en Very Large Online Search Engines, oftewel VLOSEs). Bedrijven worden als zeer grote online platformen beschouwd als zij via hun diensten een bereik van minstens 45 miljoen gebruikers per maand hebben. Online platformen en zoekmachines kunnen bij overtredingen boetes krijgen tot aan 6% van hun wereldwijde omzet.

Hoe verkleinen de DSA en de DMA de digitale afhankelijkheid van Europa?

In onze Berichten aan het parlement over de DSA en DMA pleitten we voor het vergroten van zeggenschap van gebruikers over het gebruik van hun data en aanbevelingsalgoritmen op online platformen. Het uitgangspunt daarbij zou moeten zijn dat het voor gebruikers laagdrempeliger wordt om dataverzameling te weigeren en om te bepalen welke data zij willen delen. Online platformen zouden bovendien gebruikers verplicht inzicht moeten geven in de reden waarom zij bepaalde content ontvangen, plus de mogelijkheid om aanpassingen door te voeren als ze die content niet meer willen ontvangen.

De DSA en DMA omvatten belangrijke maatregelen om de zeggenschap van gebruikers over hun data te vergroten. Zo biedt de DMA zowel zakelijke als individuele Europese gebruikers meer toegang tot hun data. De DSA geeft gebruikers bovendien meer zeggenschap doordat ze de manier waarop zij content aanbevolen krijgen kunnen beïnvloeden en meer mogelijkheden krijgen tot beroep (als het gaat om beslissingen door platformen over verwijdering van content).

We onderstreepten in onze Berichten aan het parlement het belang van verplichte risicoanalyses (due diligence verplichting) in de DSA, die democratisch toezicht op de maatschappelijke impact van online platformen mogelijk maakt.

Kortom, de DSA en DMA omvatten maatregelen om de digitale afhankelijkheid van Europese samenlevingen te verkleinen. De vraag is of deze maatregelen voldoende zijn om de gewenste Europese digitale onafhankelijkheid van grote platformen te bereiken. Dit zal deels afhangen van de effectiviteit van de toekomstige nationale toezichthouders, de Coördinatoren voor Digitale Diensten. 

Wat gaat het Rathenau Instituut onderzoeken?

Overheden, ngo’s en bedrijven hebben al veel initiatieven voor digitale onafhankelijkheid ondernomen, zoals de DSA en de DMA, maar ook PublicSpaces of Gaia-x. De omvang en diversiteit van deze initiatieven maken het echter moeilijk in te schatten in hoeverre deze initiatieven gezamenlijk de belangrijkste oorzaken van afhankelijkheid aanpakken. De komende maanden onderzoekt het Rathenau Instituut de oorzaken van Europese digitale afhankelijkheid en hoe die kan worden verkleind. We brengen de belangrijkste oorzaken achter de digitale afhankelijkheid in kaart. Deze worden in beleidsvoornemens tot nog toe niet altijd expliciet gemaakt. Daarnaast brengen we initiatieven voor meer digitale onafhankelijkheid in kaart.

¹ & ² Gebaseerd op persberichten van zowel Europese Commissie, Europese Raad en Europees Parlement.

Gerelateerde publicaties: