calendar tag arrow download print
Doorgaan naar inhoud

Werken aan inclusieve sociale media

Dossier
17 oktober 2023

Met dit project wil het Rathenau Instituut bijdragen aan veilige online omgevingen die mensen dagelijks gebruiken. (Foto: Mapbox - Unsplash)

Image
Drie mensen aan het werk op een laptop

Op sociale media hebben lhbtiq+-ers het steeds zwaarder te verduren, blijkt ook weer uit nieuw onderzoek. Het Rathenau Instituut en ontwerperscollectief idiotēs werken samen met hen aan een online omgeving waar ze zich wél kunnen thuis voelen.

Voor de komst van socialemediaplatformen was het internet een plek waar je je vaak anoniem op fora, blogs en in andere uithoeken begaf om te praten over je interesses en bezigheden met gelijkgestemden. Op fora koos je een passende gebruikersnaam en niemand zou er ooit achter komen dat jij babyshark93894292 was. Voor lhbtiq+-personen was dat internet een schuilplaats om hun ervaringen en gedachten te delen, als klasgenoten of familie die veilige plek niet konden bieden.  

Intolerantie en haat

De Groene Amsterdammer en Data School van Universiteit Utrecht lieten vorige maand zien dat lhbtiq+-personen op het internet steeds vaker te maken krijgen met intolerantie en haat. Op Telegram, Twitter en Instagram zijn het aantal intolerante en haatreacties sinds 2020 verdubbeld, op YouTube zelfs verdriedubbeld. Trans personen hebben het online bijzonder zwaar: het afgelopen jaar steeg het aantal intolerante en haatdragende uitingen met 67%.

Met de opkomst van sociale media hebben miljarden gebruikers zich op een handvol platformen verenigd. Het vinden van gelijkgestemden is daardoor een stuk gemakkelijker geworden dan op het versnipperde internet van voor sociale media. Zeker TikTok staat bekend als een plek waar lhbtiq+-personen elkaar weten te vinden, zo stellen ze in een van de ontwerpsessies die we organiseerden. Maar sociale media kennen een grote keerzijde. Uitingen van gebruikers zijn zichtbaar voor iedereen waar ook ter wereld. Algoritmen duwen in het oog springende content bovenaan de tijdlijn van gebruikers waar massa’s trollen en gebruikers klaarstaan om die met de grond gelijk te maken.

Dergelijke online haat en intolerantie is, zoals geïnterviewden in De Groene Amsterdammer vertellen, niet zo gemakkelijk naast je neer te leggen. Zeker als je je beseft dat sociale media een centrale rol in het leven van mensen spelen. Het ontwerp en het beleid van een relatief kleine groep techbedrijven dat ons sociale medialandschap domineert, werkt door in onze Nederlandse samenleving. Dat maakt de wijze waarop de platformen ontworpen zijn en content modereren, belangrijker dan ooit.

Onderliggende mechanismen

Natuurlijk kunnen ontwerpkeuzes en contentmoderatie als zodanig discriminatie niet uit de wereld helpen. De intolerantie en haat tegen deze groepen is ook buiten de socialemediaplatformen toegenomen. Maar uit eerder onderzoek van het Rathenau Instituut is gebleken dat onderliggende mechanismen van sociale media, zoals schaalbaarheid en de aandachtseconomie, schadelijk gedrag wél kunnen aanwakkeren.

Zulke mechanismen zijn geen natuurverschijnsel, maar vaak het gevolg van ontwerpkeuzes die gemaakt zijn door actoren die bepaalde doelen nastreven. Gemarginaliseerde groepen zijn ook nog eens gemakkelijker doelwit van schadelijk gedrag dan andere groepen. Verworvenheden zoals de emancipatie van lhbtiq+-personen kunnen daarmee uiteindelijk onder druk komen te staan.

Hoe zorgen we voor online omgevingen waar lhbtiq+-personen zich thuis kunnen voelen? Het Rathenau Instituut en ontwerperscollectief idiotēs doen daar samen met lhbtiq+-personen onderzoek naar. Ter sprake komen verbeteringen op het gebied van contentmoderatie, zoals de gebrekkige handhaving van eigen beleid van platformen, en het verschuiven van de verantwoordelijkheid van het slachtoffer naar de partij die schadelijk gedrag vertoont. Hogere privacystandaarden lijken ook belangrijk te zijn, gezien de onveiligheid die lhbtiq+-personen ervaren.

Pluriforme plek

De belangrijkste onderliggende vraag is of het bij de grotere platformen überhaupt wel mogelijk is om ze veiliger te maken voor lhbtiq+-personen, of dat die genoodzaakt zijn om hun toevlucht te nemen tot eigen online platforms. Zoals de Groene Amsterdammer liet zien zijn lhbtiq+-groepen ondertussen steeds stiller en minder zichtbaar en raken ze verdreven van het internet. Daar moet verandering in komen. Komend voorjaar zullen we ons prototype en onderzoek presenteren. Met het onderzoek bieden we concrete handvatten aan platformen en beleidsmakers, zodat we online omgevingen inclusiever kunnen maken. Hopelijk helpen we zo van het internet weer de pluriforme plek te maken die het ooit was.

Dit project wordt mede mogelijk gemaakt door financiering vanuit het SIDN Fonds.

Gerelateerde publicaties: