We voorzien nieuwe behoeften aan onze informatie over en analyses van het wetenschapssysteem, alsook aan het verder ontwikkelen van deze expertise. We zullen onze periodieke publicaties, zoals de Balans van de Wetenschap, blijven uitbrengen, en aanvullen met kwalitatieve studies en actuele analyses. Bij bepaalde onderwerpen zetten we enquêtes uit, bijvoorbeeld bij burgers of wetenschappers, die we combineren met verdiepend onderzoek. Een voorbeeld daarvan is ons driejaarlijkse onderzoek naar vertrouwen in de wetenschap.
Hieronder benoemen we twee onderwerpen waaraan we in het Werkprogramma 2023-2024 specifieke aandacht zullen besteden. In aanvulling hierop zullen we informatie beschikbaar stellen of analyses verrichten op basis van actuele ontwikkelingen binnen de wetenschap, beleidsvragen of verzoeken.
Extra investering voor wetenschap
In de komende periode zullen we monitoren hoe de extra investeringen in het wetenschapssysteem gebruikt worden. Er komt op het ogenblik vanuit het regeerakkoord veel extra financiering beschikbaar, bijvoorbeeld via het Fonds voor Onderzoek en Wetenschap en het Nationaal Groeifonds. Er komen middelen voor starters- en stimuleringsbeurzen, en sectorplannen en investeringen voor de doorontwikkeling van praktijkgericht onderzoek en grootschalige wetenschappelijke infrastructuur. In onze komende rapportages over Totale Investeringen in Wetenschap en Innovatie (TWIN) besteden we aandacht aan de realisatie van deze nieuwe investeringen. In de volgende editie van de Balans van de Wetenschap besteden we daarnaast specifieke aandacht aan de ambities van de regering met de nieuw ingezette beleidsinstrumenten.
Breed en divers wetenschappelijk talent
In 2019 lanceerden kennisinstellingen en wetenschapsfinanciers het programma Erkennen en Waarderen, en in 2020 publiceerde het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap het Nationaal Actieplan voor meer diversiteit en inclusie. Hierin komt tot uitdrukking dat de kijk op wetenschappelijk talent is verbreed. Wetenschappers moeten niet alleen gewaardeerd worden voor hun onderzoek, maar bijvoorbeeld ook voor onderwijs, begeleiding van studenten en promovendi, kennisoverdracht aan de samenleving, academisch leiderschap en samenwerken. Ook de beweging naar open science, waarbij wetenschappelijk onderzoek opengesteld wordt voor de samenleving, vraagt nieuwe competenties van onderzoekers. Ons periodiek onderzoek naar drijfveren van onderzoekers en docenten geeft inzicht in wat wetenschappers motiveert en waar zij belemmeringen ervaren. De komende jaren willen we nader onderzoek doen naar de effecten van de genoemde beleidsinitiatieven op de samenstelling van het universitaire personeelsbestand.