Planetaire gezondheid. Het is een term die wetenschappers en beleidsmakers steeds vaker gebruiken. Maar wat wordt er eigenlijk mee bedoeld? En waarom gaat het Rathenau Instituut hier de komende jaren onderzoek naar doen? Je leest het op deze dossierpagina.
In het kort
- Beleidsmakers en wetenschappers richten zich steeds meer op zogeheten ‘planetaire gezondheid’.
- Met deze term wordt aangeduid dat de gezondheid van mensen, dieren en de natuur samenhangt met de gezondheid van de planeet.
- Het Rathenau Instituut verkent welke ethische en maatschappelijke kwesties hierbij spelen.
Onze gezondheid vaart wel bij een gezonde leefomgeving. Een omgeving die vrij is van schadelijke stoffen, een leefbare temperatuur heeft en een gezonde bodem, die voldoende en goed voedsel voortbrengt. Maar de leefomgeving staat onder druk. Milieuveranderingen, zoals vervuiling en afnemende biodiversiteit, kunnen leiden tot nieuwe gezondheidsproblemen. Het is dus niet zo gek dat er de laatste jaren steeds meer aandacht is voor de impact van milieuveranderingen op onze gezondheid. Steeds meer beleidsmakers en wetenschappers werken in het groeiende vakgebied van ‘planetaire gezondheid’.
Verkenning van ethische vragen
Welke maatschappelijke en ethische vragen spelen rond dit onderwerp? Dit gaat het Rathenau Instituut de komende jaren verkennen. Binnen planetaire gezondheid wordt de gezondheid van mensen bijvoorbeeld vaak centraal gezet bij keuzes rond klimaat en leefomgeving. Maar als je menselijke gezondheid centraal wilt stellen, naar wiens gezondheid kijk je dan eigenlijk: naar welke generatie, en waar op de wereld? Hoe maak je hierin rechtvaardige beslissingen? En wat betekent dit voor andere waarden dan gezondheid?
Het Rathenau Instituut signaleert dat er weinig aandacht is voor dit soort fundamentele keuzes die de samenleving zal moeten maken, en de dilemma’s en mogelijke compromissen die daarbij horen. We willen het bewustzijn hierover vergroten. Ons doel is dat de politiek en samenleving een goed beeld krijgen van de keuzes en afwegingen die spelen rond planetaire gezondheid. Zodat een goed debat hierover mogelijk wordt, en weloverwogen besluiten kunnen worden genomen.
Op deze dossierpagina vind je komende tijd meer informatie over planetaire gezondheid. Hieronder lees je alvast over een aantal veelgebruikte begrippen. Aan de hand van het voorbeeld rond de chemische stoffen PFAS laten we zien hoe gezondheid en milieu samenhangen met vele betrokken actoren wereldwijd.
Wat is planetaire gezondheid?
Er zijn veel verschillende definities van planetaire gezondheid, maar over het algemeen wordt ermee bedoeld dat de gezondheid van mensen, dieren en de natuur samenhangt met de gezondheid van de planeet. Wetenschappers die zich bezighouden met planetaire gezondheid benadrukken dat onderzoek en beleid rond milieuveranderingen en gezondheid, een systeembril nodig hebben. Dat betekent dat milieuveranderingen, gezondheidseffecten, hun oorzaken én de vele betrokken actoren wereldwijd en in samenhang moeten worden bekeken. Dat betekent dat je over ‘grenzen’ heen moet kijken. Bijvoorbeeld over verschillende ecosystemen, landsgrenzen en generaties heen. Bovendien roepen mensen die zich bezighouden met planetaire gezondheid daarbij vaak op aandacht te hebben voor eerlijkheid en rechtvaardigheid.
De vervuiling met de door de mensgemaakte chemische stoffen PFAS is een voorbeeld van een milieuverandering met gezondheidseffecten, waarbij de problematiek veel van die grenzen overstijgt.
Het voorbeeld van PFAS
In de jaren zestig begon in Dordrecht de productie van een nieuw wondermateriaal: teflon. Wellicht is de bekendste toepassing de teflon-pan. Tel Sell-spotjes maakten reclame met de gezondheidsvoordelen van de antiaanbaklaag: alle eitjes gleden nu zónder boter uit de pan.
Tegenwoordig is dat beeld totaal gekanteld. Bij de productie van teflon en aanverwante stoffen blijken al decennia zogenaamde PFAS in het milieu terecht te komen. PFAS staat voor een groep chemische stoffen die door de mens zijn gemaakt. Van een deel van deze PFAS-stoffen is inmiddels bekend dat ze schadelijk zijn voor de gezondheid: ze verhogen het risico op kanker en beïnvloeden het immuunsysteem. Bij Dordrecht wordt bewoners tegenwoordig geadviseerd niet uit hun moestuin te eten. En de eieren van hobbykippen in de regio belanden inmiddels helemaal niet meer in een koekenpan, vanwege de gezondheidsrisico’s.
De vervuiling blijkt niet beperkt tot de directe omgeving van fabrieken die PFAS uitstoten, zoals in Dordrecht. Via rivieren, zeestromen en neerslag hebben de PFAS zich inmiddels tot de uithoeken van de wereld verspreid. Recent ontdekten onderzoekers dat Oost-Groenlandse Inuit, de Ittoqqortoormiit, wereldwijd de hoogste concentratie PFAS in hun bloed hebben. PFAS bereiken via zeestromen de arctische regio, waar ze zich opstapelen binnen de voedselketen. Vooral hoog in de voedselketen krijgen organismen daardoor teveel PFAS binnen. Zo ook de Groenlandse Inuit, een inheemse gemeenschap die traditioneel veel vis en zeedieren eet. Deze milieuverandering is inmiddels dus een wereldwijd probleem, dat zowel de gezondheid van dieren en ecosystemen als verschillende groepen mensen raakt. Bovendien is het de vraag is of de wereldwijde PFAS-verspreiding nog terug te draaien is – PFAS heten ook wel ‘forever chemicals’ omdat ze vrijwel niet afbreken in het milieu. Toekomstige generaties kunnen nog lang met gevolgen van PFAS te maken hebben, ook als de uitstoot is gestopt.
Waar komt het begrip ‘planetaire gezondheid’ vandaan?
Het inzicht dat mondiale milieuveranderingen negatieve effecten kunnen hebben op de gezondheid van mensen is niet nieuw. Verschillende onderzoeken binnen onder andere de ecologie, public health, ecohealth, One Health en global health behandelden ook al het verband tussen milieuveranderingen en gezondheid.
De term ‘planetaire gezondheid’ zelf is echter wel relatief nieuw. In 2015 publiceerde medisch-wetenschappelijk tijdschrift The Lancet een alarmerend rapport over de gezondheidseffecten van verschillende mondiale milieuveranderingen. Het rapport introduceerde de term Planetary Health (planetaire gezondheid) om studies naar dit onderwerp te beschrijven.
Sinds 2015 kom je de term planetaire gezondheid steeds vaker tegen in wetenschappelijke artikelen, maar ook in beleidsdocumenten. Zo deed toenmalig minister Kuipers verslag van zijn kennisuitwisseling rond het vakgebied in India, in december vorig jaar. Ook dook het begrip al op in de Tweede Kamer, onder andere via vragen van de Partij voor de Dieren. In de zomer van 2023 vroeg de KNAW (Koninklijke Nederlandse Academie van Wetenschappen) aandacht voor het thema, met de publicatie van een agenda voor onderzoek over planetaire gezondheid.
Wat zijn de planetaire grenzen?
Planetaire gezondheid wordt vaak in één adem genoemd met het begrip ‘planetaire grenzen’. Dit zijn een aantal natuurlijke systemen waarvan wetenschappers een ‘kritieke grens’ hebben bepaald. De mensheid zou binnen deze grenzen moeten opereren om duurzaam gebruik te kunnen maken van natuurlijke hulpbronnen. Bijvoorbeeld CO2-concentraties in de lucht, de hoeveelheid biodiversiteit en schoon drinkwater. Momenteel hebben onderzoekers negen van dit soort grenzen bepaald. In het kader van planetaire gezondheid wordt vaak aangehaald dat het overschrijden van deze cruciale planetaire ‘grenzen’ leidt tot negatieve gezondheidseffecten.
Afwegingen en keuzes rond planetaire gezondheid
Beleid om gezondheid van inwoners van (Europees én Caribisch) Nederland te beschermen, zal rekening moeten houden met allerlei verschillende groepen mensen, milieuveranderingen, natuurlijke systemen en gezondheidsrisico’s. Momenteel valt op dat in wetenschap en beleid met name aandacht is voor het opdoen van wetenschappelijke kennis over planetaire gezondheid. Maar om tot goed beleid te komen, zal naast wetenschappelijke kennis ook publiek en politiek debat cruciaal zijn. Er moeten immers afwegingen gemaakt worden tussen verschillende kosten, baten, waarden en belangen.
Meer dan eens zullen er daarbij dilemma’s opduiken. Rond milieuveranderingen is vaak sprake van wat ook wel de gezondheidsparadox wordt genoemd: innovaties die sinds de industriële revolutie welzijn en gezondheid bevorderden, blijken op lange termijn juist schadelijk door de milieuveranderingen die ze veroorzaken.
Onder andere dankzij de beschikbaarheid van veel gezond voedsel is de levensverwachting in Nederland sterk toegenomen. Maar het huidige agrarische systeem leidt inmiddels ook tot milieuvervuiling met (mogelijk) toxische stoffen en brengt risico’s op uitbraken van infectieziekten met zich mee. In het licht van deze gezondheidsparadox is het dus niet verwonderlijk dat bij het aanpakken van (deels) schadelijke systemen ook dilemma’s opduiken.
Vaak zullen ook andere waarden dan gezondheid op het spel staan. Zo zal de verduurzaming van ons agrarische systeem offers vragen op cultureel gebied; landbouw en voedsel zijn immers niet alleen van belang voor gezondheid, maar zijn ook sterk verbonden met identiteit en traditie. Bovendien moeten we ook internationaal en op de lange termijn denken. Op Fiji dreigen bijvoorbeeld tientallen dorpjes in zee te verdwijnen door klimaatverandering, terwijl de uitstoot van broeikasgassen per persoon in Fiji negatief is. Hoeveel gezondheidsrisico’s wenden we af op groepen mensen en generaties die daar zelf niet of nauwelijks aan hebben bijgedragen of van de voordelen hebben geprofiteerd?