We zien dat bezoekers vaak teruggrijpen naar oerverhalen, zogeheten arche-narratieven. Een bekend narratief is ‘De doos van Pandora’. Dat gaat over de zorg dat radicale wetenschappelijke interventies onvoorziene gevaren en risico's met zich kunnen meebrengen.
Het mooie van de narratieven is dat er normen en waarden in verscholen zitten. Met behulp van die normen, en vooral met de waarden, kunnen onderzoekers, financiers en beleidsmakers zorgen dat de synthetische-celtechnologie zich op een maatschappelijk verantwoorde manier ontwikkelt
Samenvatting
Dit rapport gaat over hoe burgers aankijken tegen toekomstige synthetische cellen. Welke verhalen of narratieven gebruiken ze? Wat vinden ze belangrijk?
Synthetische cellen kunnen mogelijk bijdragen aan oplossingen voor maatschappelijke problemen. Denk aan genetisch gemodificeerde algen die biobrandstoffen maken of aan cellen die medicijnen produceren. Maar er kunnen ook gevaarlijke micro-organismen ontwikkeld worden. De synthetische cel roept dus ethische vragen op.
Om technologie te ontwikkelen die waardevol is voor de samenleving is het van belang om in een vroege fase wensen, eisen, behoeftes en voorwaarden van burgers mee te nemen. Maar synthetische biologie is een relatief onbekend vakgebied voor het bredere publiek. Dat maakt het lastig om het maatschappelijke gesprek op gang te brengen. Daarom heeft het Rathenau Instituut in samenwerking met designer Mies Loogman een installatie ontworpen die dient als gespreksstarter.
De installatie stond op de Dutch Design Week 2021. In negen dagen spraken onderzoekers van het Rathenau Instituut en anderen met duizend bezoekers. We namen zo’n honderd gesprekken op en analyseerden die. Dit rapport laat zien hoe de geïnterviewde bezoekers denken over de maatschappelijke gevolgen van synthetische-celtechnologie en hoe volgens hen deze ontwikkeling (bij)gestuurd kan worden.
Narratieven over technologie
Om zicht te krijgen op hoe meningen van burgers over nieuwe technologieën als de synthetische cel ontstaan en welke culturele en morele waarden hieraan ten grondslag liggen, maakten we gebruik van zogeheten narratieven. Het uitgangspunt is dat burgers aan de hand van narratieven betekenis geven aan nieuwe technologieën. Elke cultuur kent zijn eigen archetypische narratieven in de vorm van bijvoorbeeld mythen of religieuze visies.
In dit rapport focussen we op de narratieven over technologie uit de Europese cultuur. We maken onderscheid tussen narratieven over de gevolgen van technologie en over manieren om technologie bij te sturen. De narratieven over de gevolgen van technologie zijn bijvoorbeeld ‘Geloof in vooruitgang’ en ‘Wees op je hoede voor wat je begeert’. Voorbeelden van narratieven over het (bij)sturen van technologie zijn ‘Stimuleren van innovatie voor de economie’ en ‘Stimuleren van innovatie voor de maatschappij’.
We hebben eerst deze methode van het gebruik van narratieven getest (en goed bevonden) aan de hand van een literatuurstudie. Vervolgens hebben we honderd gesprekken over de synthetische cel geanalyseerd.
In gesprek over de synthetische cel
Onze gesprekken tijdens de Dutch Design Week bieden een eerste blik op de kijk van burgers op synthetische-celtechnologie. De bezoekers hopen met name dat de synthetische cel zal bijdragen aan medische oplossingen en oplossingen voor het klimaat. Daarbij hebben ze verschillende zorgen. Een zorg is dat een grote focus op risico’s de maatschappelijke vooruitgang zal tegenwerken. Daarnaast zijn er zorgen over de maakbaarheid van het leven, de oncontroleerbaarheid van een technologie die letterlijk leeft, en de vraag wie uiteindelijk de macht heeft over de technologie en de ontwikkeling ervan.
De meeste bezoekers vinden dat met name wetenschappers de verantwoordelijkheid dragen voor een verantwoorde ontwikkeling van de technologie. Wetenschappers moeten, aldus de bezoekers, andere disciplines betrekken, interactie aangaan met burgers, en een kritische, zorgvuldige en open houding aannemen tijdens hun werk. De geïnterviewde bezoekers zien ook een rol voor de overheid. De overheid is financier en facilitator van verantwoord onderzoek, stimuleert interdisciplinaire samenwerking en maakt wetten die vooruitlopen op onbedoelde gevolgen.
Belangrijke waarden voor de synthetische cel
De analyse van de gesprekken op de Dutch Design Week laat zien dat de kwesties die burgers naar voren brengen, geworteld zijn in zes archetypische narratieven over technologie in onze westerse cultuur. Dat geeft houvast aan hoe het maatschappelijke en politieke debat over synthetische-celtechnologie breder gevoerd kan worden.
We identificeren acht waarden binnen de verwachtingen van de bezoekers van de Dutch Design Week:
- Duurzaamheid: hoe zorgen we ervoor dat de ontwikkeling van synthetische-celtechnologie bijdraagt aan een duurzamere samenleving?
- Gezondheid: hoe zorgen we ervoor dat de ontwikkeling van synthetische-celtechnologie bijdraagt aan een gezondere samenleving?
- Innovatie: hoe wegen we kansen ten opzichte van risico’s? Hoe voorkomen we dat onze focus op de risico’s van de synthetische cel niet te veel in de weg gaat staan van innovatie?
- Maakbaarheid: wat mogen mensen doen in relatie tot (het aanpassen van) de natuur? Moet de mensheid de natuur niet laten zoals die is? Hoe voorkomen we dat het streven naar perfectie het doel wordt van innovatie?
- Controle (van de technologie): hoe houden we als samenleving controle over een levende technologie als de synthetische cel? Willen we iets neps of synthetisch zoals de synthetische cel vrijlaten in de natuur? Hoe voorkomen we dat de synthetische cel gaat woekeren?
- Controle (van het technologisch ontwikkelproces): hoe houden we als samenleving toezicht op de ontwikkeling en toepassing van de synthetische-celtechnologie? Hoe voorkomen we dat de technologie in de verkeerde handen valt?
- Openheid: wie heeft toegang tot de ontwikkeling van de synthetische-celtechnologie? Wie mag hierover mee besluiten?
- Gelijkheid: voor wie zijn de kosten en voor wie de baten van de synthetische-celtechnologie? Wie kan en mag uiteindelijk gebruikmaken van de toepassingen van de synthetische cel?
Governance van synthetische-celtechnologie
Onze studie laat zien dat geïnterviewde bezoekers van de Dutch Design Week diverse verwachtingen hebben en zich in verschillende mate zorgen maken over de maatschappelijke gevolgen van synthetische-celtechnologie. Desondanks zijn de bezoekers heel eenstemmig over hoe de governance van deze technologie georganiseerd dient te worden. Adviezen van bezoekers over de governance sluiten goed aan bij drie van de vier governance-narratieven. De drie van de vier governance-narratieven zijn: innovatie voor de maatschappij, democratisering, en regulering en institutionalisering. Opvallend genoeg wordt het governance-narratief stimuleren van innovatie voor de economie niet benoemd. Dat is opvallend omdat dat nou juist de dominante aanpak is van het Nederlandse innovatiebeleid.
Bij innovatie voor de maatschappij zien de geïnterviewde bezoekers graag dat innovatie bijdraagt aan maatschappelijke opgaven en publieke doelen. Voor de synthetische cel zien bezoekers van de Dutch Design Week waarde in oplossingen voor een goede gezondheidszorg en duurzaamheid. Dit roept de vraag op hoe wetenschappelijk onderzoek – en in het bijzonder dus onderzoek naar de synthetische cel – zo ingericht kan worden dat de resultaten inderdaad bijdragen aan maatschappelijke doelen. De principes van maatschappelijk verantwoord innoveren kunnen daarbij als leidraad dienen.
Met democratisering bedoelen we dat de bezoekers van de Dutch Design Week willen dat burgers invloed hebben op de ontwikkeling van de synthetische cel. Burgers zien allereerst dat wetenschappers en andere technologie-ontwikkelaars de verantwoordelijkheid hebben om voldoende stil te staan bij de veiligheid en maatschappelijke aspecten van de technologie. De technologie-ontwikkelaars moeten tijdig een diverse groep experts, stakeholders en of burgers betrekken en kennis over de technologie openbaar en toegankelijk te maken. Verder zou de overheid moeten anticiperen op nieuwe ontwikkelingen door maatschappelijke dialogen te organiseren. De overheid kan bijvoorbeeld in samenspraak met verschillende experts en stakeholders ethische grenzen exploreren en daarna ook echt grenzen stellen. Daarnaast kan de overheid, in overleg met onderzoekers, experts en burgers, bepalen wat de juiste richting is voor de ontwikkeling van technologie. Ook moet de overheid, na consultatie, aangeven waar de grens ligt in wat onderzocht en ontwikkeld mag worden.
Met regulering en institutionalisering bedoelen we dat er nieuwe wet- en regelgeving ontwikkeld kan worden als er meer kennis beschikbaar is over de veiligheidsrisico’s en ethische vragen rondom de synthetische cel. Voor de overheid voorzien bezoekers van de Dutch Design Week daarom ook een rol als toezichthouder op maatschappelijke innovatie die anticipeert op nieuwe ontwikkelingen met wet- en regelgeving. Als toezichthouder moet de overheid zorgen dat veiligheid verzekerd is, ethische grenzen niet overschreden worden, voorkomen dat technologie in verkeerde handen valt en zorgen dat de toegang tot de technologie gelijk verdeeld wordt over de samenleving.
Synthetische-celtechnologie voor de samenleving
De inzichten in dit rapport laten zien hoe de verwachtingen van burgers voor een nieuwe technologie verweven zijn met hun ervaring met en visie op de ontwikkeling van andere technologieën. Het laat zien dat burgers (in dit geval bezoekers van de Dutch Design Week) prima in staat zijn om betekenis te geven aan een technologie die voor hen onbekend is.
De geïnterviewde bezoekers zijn niet voor of tegen de synthetische-celtechnologie, maar zien zowel kansen als risico’s. Ze geloven dat het doel waarvoor en de manier waarop een technologie ontwikkeld wordt, bepaalt welke impact een technologie zal hebben op de samenleving.
Onze studie laat zien dat de bezoekers van de Dutch Design Week met name wensen dat de overheid innovatie stimuleert voor maatschappelijke doelen en aandacht heeft voor de maatschappelijke inbedding van innovatie. En dus niet, zoals het Nederlandse innovatiebeleid vooral doet, voor het stimuleren van de economie.