Melanie stond voor het Rathenau Instituut als geheel. ‘We doen het samen’, hoorden we Melanie vaak zeggen. ‘Goed teamwork!’, schreef ze graag. En ze vond het belangrijk dat collega’s van verschillende teams en afdelingen van elkaar wisten waar zij aan werkten. Dat maakte onze organisatie sterker.
Samenwerking werd ook een rode draad in de onderzoeken en de werkwijze van het Rathenau Instituut. Onder haar bezielende leiding knoopte het Rathenau Instituut samenwerkingen aan met vele organisaties in binnen- en buitenland. We onderzochten samenwerkingsverbanden in wetenschap, technologie en innovatie en benadrukten het belang van het gesprek tussen partijen met conflicterende belangen. Of het nu ging om de ammoniakkwestie of het aanpassen van DNA in menselijke embryo’s. Voor Melanie betekende samenwerken: oog hebben voor ieders taak en verantwoordelijkheid. Om oplossingen te vinden voor grote maatschappelijke vraagstukken, hebben we de diversiteit aan disciplines en perspectieven nodig.
In een goede samenwerking mag het schuren, of zelfs knetteren. Dat deed het soms ook, want Melanie was vol vuur als het ging over de kwaliteit van de discussie over wetenschap, technologie en innovatie in de samenleving. Voor Melanie was het maatschappelijk perspectief van waaruit het Rathenau Instituut werkt, allerminst een vaag begrip. Het staat voor het beschermen van publieke waarden in onze samenleving, zoals inclusiviteit, rechtvaardigheid en burgerrechten. ‘We moéten met elkaar in gesprek’ klinkt misschien vriendelijk, maar Melanie bedoelde dit niet vrijblijvend. Het was een ferme aansporing om te zeggen wat gezegd moet worden. Zowel tegen collega’s onderling, als in het publieke en politieke debat, waaraan zij als directeur intensief meedeed.
Melanie had een uitzonderlijk groot netwerk – een teken van haar brede interesse en betrokkenheid – waarop het Rathenau Instituut kon bouwen. Ze had een geweldig geheugen, een rijke associatieve geest, was razendsnel in haar denken en doen, en legde verbanden die anderen nog niet zagen. Niet alleen figuurlijk, maar ook letterlijk was ze soms onnavolgbaar. Achter haar bureau was ze eigenlijk nooit te vinden; als een spring-in-het-veld rende ze van afspraak naar afspraak. Wonderlijk genoeg wist zij altijd precies waar elk overleg om draaide, merkten we.
Bovenal zullen we ons de warme en betrokken persoon die Melanie was herinneren. Voor Melanie stond de mens centraal. Wie in het leven klem kwam te zitten, ontmoette haar zachte en meelevende kant. En als het over ons onderzoek ging, stelde zij vragen als: ‘Kan iedereen meedoen in de digitale samenleving?’ ‘Plukt iedereen de vruchten van de kenniseconomie?’ Met Melanie als directeur waren dit leidende vragen voor het Rathenau Instituut. Toen het coronavirus ons dwong om vanuit huis te werken, onderstreepte ze het belang van menselijk contact. ‘Houd afstand, maar wees nabij!’, drukte ze ons op het hart.
In onze gedachten zijn we bij haar man Albert, haar dochters Eva en Swati en de naaste familie en vrienden, naar wie ons innig medeleven uitgaat. Wij wensen hen sterkte in deze moeilijke tijd.
Melanie, we gaan je enorm missen.
Bestuur en medewerkers van het Rathenau Instituut