Besluiten over radioactief afval: lessen uit Europa en perspectieven voor Nederland
Op 12 oktober gaat het over wat Nederland kan leren van landen zoals Finland, dat in 2025 een eindberging voor radioactief afval in gebruik wil nemen (foto: Emmi Kolhonen/ANP)

Deze bijeenkomst vindt plaats van 9.30 tot 17.30 in de Willem Twee Fabriek in Den Bosch.
Lessen uit Europa
In de ochtend presenteren we de bundel The Future of Radioactive Waste Governance: Lessons from Europe. Daarna vertellen drie internationale experts hoe landen als België, Duitsland, Frankrijk en Zwitserland beslissen over het langdurig beheer van radioactief afval.
- Dr. Anne Bergmans is universitair hoofddocent aan de Universiteit van Antwerpen. Ze doet onder meer onderzoek naar het langetermijnmanagement van radioactief afval en de rol van inspraak en participatie daarbinnen. Ze is betrokken bij participatietrajecten in België voor de zoektocht naar een bergingslocatie voor radioactief afval.
- Dr. Sophie Kuppler is onderzoeker bij het Institute for Technology Assessment and Systems Analysis (ITAS) bij het Karlsruhe Institute for Technology (KIT). Ze is expert op het gebied van sociotechnologische analyses van het beheer van radioactief afval, in het bijzonder in Duitsland en Zwitserland.
- Dr. Markku Lehtonen is een sociale wetenschapper verbonden aan de Pompeu Fabra University (Barcelona) en de Autonome Universiteit van Barcelona. Zijn onderzoek richt zich op energiebeleid en - governance, waaronder kernenergie en radioactief afval. Hij schreef over de besluitvorming in onder meer Frankrijk, Finland, Groot-Brittannië en Zweden.
Samen met een panel en het publiek bespreken we wat Nederland hiervan kan leren. Deze lessen nemen we mee naar de workshops die we in de middag organiseren. In het panel zitten onder andere: Marie-Noëlle Martin (ministerie van IenW), Jan Haverkamp (Greenpeace en WISE), Wim Bijsterbosch (provincie Drenthe), Jan Boelen (COVRA) en Anne Loeber (Athena Instituut).
Workshops
In de middag kunt u deelnemen aan verschillende workshops. Hierin bespreken we specifieke onderdelen van het besluitvormingsproces over het langdurig beheer van radioactief afval. Via het aanmeldformulier dat hieronder staat, geeft u uw voorkeur door. Op basis van de aanmeldingen maken we een indeling waarbij voor elk thema voldoende diverse perspectieven aan bod komen. U kunt kiezen uit de volgende thema’s:
In de afgelopen decennia moesten veel Europese landen hun besluitvorming over het langdurig beheer van radioactief afval sterk herzien. Meerdere landen kwamen in een impasse terecht bij de zoektocht naar een bergingslocatie. Onder andere Duitsland, Frankrijk en Groot-Brittannië legden hierna nieuwe besluitvormingsprocedures vast in beleid of wetgeving. Daarin beschrijven ze welke stappen ze nemen om tot een eindberging te komen en hoe de bevolking hierbij betrokken wordt. In deze workshop bespreken we hoe Nederland een dergelijk besluitvormingsproces kan vaststellen. Het kan gaan over vragen als: Hoe komt het langdurig beheer van radioactief afval op de politieke agenda? Bij wie ligt het initiatief om het besluitvormingsproces vorm te geven? Hoe willen we het proces van besluitvorming vastleggen? En welke stap moet Nederland als eerste nemen en wanneer?
Alle Europese landen zijn verplicht om het publiek te betrekken bij de besluitvorming over radioactief afval. Landen gaan hier verschillend mee om. Zo organiseren Duitsland en Zwitserland regionale conferenties om burgers, stakeholders en experts inspraak te geven bij de locatiekeuze. Zweden richtte een onderzoeksfonds op waaruit maatschappelijke organisaties geld konden krijgen voor onderzoek dat zij belangrijk vonden. In Frankrijk krijgen lokale stakeholdercommissies vanuit de overheid middelen om nucleaire projecten kritisch te volgen. In deze workshop bespreken we hoe Nederland de publieksparticipatie rondom het langdurig beheer van radioactief afval kan vormgeven. Het kan gaan over vragen als: Wat zijn de voorwaarden voor het participatieproces? Hoe houden we burgers en stakeholders over een langere tijd betrokken? En hoe houden we rekening met de belangen van toekomstige generaties?
Veel Europese landen zien geologische berging als de best mogelijke methode voor het langdurig beheer van radioactief afval. Onder andere België, Duitsland en Groot-Brittannië hebben dit laten vaststellen door experts en hun keuze vastgelegd in beleid en wetgeving. Het ontwerp van de berging wordt grotendeels ontwikkeld door afvalbeheerders op basis van technisch en geologisch onderzoek. Maar onderwerpen als terugneembaarheid en diversificatie van afval kunnen ook onderdeel worden van het maatschappelijke en politieke debat. In deze workshop bespreken we hoe Nederland over de beheermethode kan beslissen. Het kan gaan over vragen als: Wanneer leggen we ons vast op geologische berging? Hoe lang blijven we investeren in alternatieven? Wie bepaalt hoe een berging eruit komt te zien? En hoe stellen we betrokkenen in staat om het ontwerp te beoordelen en controleren?
Hoe selecteer je een locatie voor de eindberging van radioactief afval? Europese landen pakken dit verschillend aan: Duitsland en Zwitserland kiezen voor een aanpak waarbij ze bepaalde regio’s stapsgewijs selecteren op basis van geologische en sociaaleconomische criteria. Groot-Brittannië en Zweden kiezen voor een aanpak waarin regio’s of gemeenten zich vrijwillig kunnen aanmelden. Onderzoek moet uitwijzen of de betreffende locaties geschikt zijn voor eindberging. In deze workshop brengen we in kaart welke afwegingen er spelen bij het selectieproces in Nederland. Het kan gaan over vragen als: Wat zijn de voor- en nadelen van een meer centrale of decentrale aanpak? Bij wie ligt het initiatief om locaties te selecteren? En welke bevoegdheden krijgen lokale gemeenschappen in het besluitvormingsproces?
Net als Nederland gaan veel andere Europese landen uit van het principe ‘de vervuiler betaalt’. Dit betekent dat afvalproducenten betalen voor het langdurige beheer van radioactief afval. In Duitsland, Finland en Zweden gaat dit geld naar een fonds dat wordt beheerd door de overheid of een publieke organisatie. In Frankrijk is de afvalbeheerder verantwoordelijk voor de financiën. Landen gebruiken het geld voor het bouwen van een eindberging, maar ook voor onderzoek, participatie en de locatiezoektocht. In deze workshop bespreken we hoe Nederland dient te besluiten over de financiën. Het kan gaan over vragen als: Welke kosten moeten betaald worden door ‘de vervuiler’? Hoe voorkomen we dat financiële lasten terechtkomen bij toekomstige generaties? En op welke wijze organiseren we het toezicht op de financiën?
Nederland staat ervoor open om samen met andere landen te werken aan een eindberging. Diverse landen hebben internationale samenwerking expliciet uitgesloten. In Finland en Frankrijk geldt een verbod op de import van radioactief afval. En Zwitserland heeft bepaald dat al hun afval in Zwitserland beheerd moet worden. Er zijn ook landen die samenwerken. Zo hebben België en Luxemburg afspraken over het bergen van Luxemburgs afval op Belgische grondgebied. In deze workshop bespreken we hoe Nederland kan besluiten over een mogelijke multinationale route. Het kan gaan over vragen als: Hoe verhoudt een bilaterale of multinationale route zich tot de nationale route? Wie neemt het initiatief voor internationale samenwerking? En wat zijn de voorwaarden voor succesvolle samenwerking?