calendar tag arrow download print
Doorgaan naar inhoud

De aardappel heeft de toekomst

Rapport
21 januari 2020
Drie scenario's over de hybride aardappel en de wereldvoedselvoorziening
Innovatie Duurzaamheid Voedselzekerheid

HH/Roel Burgler

Image
Aardappels in zakken
Hybride aardappelveredeling belooft bij te dragen aan ecologische duurzaamheid en voedselzekerheid. Hiervoor is tijdige sturing noodzakelijk. In dit onderzoek ontwikkelden we drie scenario’s die helpen om de toekomst van de aardappelteelt te verbeelden. Mede op basis van die scenario's schetsen we de benodigde economische, maatschappelijke en beleidsmatige voorwaarden om de maatschappelijke belofte van hybride aardappelveredeling waar te kunnen maken.

Downloads

Downloads

Samenvatting

De aardappel is een van de meest geteelde voedselgewassen op aarde. Maar de aardappel is vatbaar voor ziektes. In andere landen is veelal sprake van een lage opbrengst per hectare. De teelt van aardappelen gaat bovendien gepaard met een hoge milieubelasting door het gebruik van chemische beschermingsmiddelen. Voor een ecologisch duurzame aardappelteelt die bijdraagt aan wereldwijde voedselzekerheid valt dan ook nog een wereld te winnen.

Nederland is een grote producent van pootgoedaardappelen. Hybride aardappelveredeling biedt de Nederlandse aardappelsector nieuwe kansen om bij te dragen aan een oplossing voor bovengenoemde uitdagingen. Inmiddels zijn verschillende Nederlandse bedrijven bezig met deze technologie.

Wat is hybride aardappelveredeling en wat zijn de voordelen?
Hybride veredeling is het kruisen van ‘zuivere’ inteeltlijnen. Zo kan worden gegarandeerd dat een ras specifieke eigenschappen bezit. De hoop is dat de verbetering van aardappelrassen zo in de toekomst veel sneller gaat.

Voordelen hiervan zijn:

  • Aardappelrassen kunnen sneller worden aangepast aan veranderende klimatologische omstandigheden of aan ziekteverwekkers.
  • Nieuw ontwikkelde aardappelrassen kunnen in de vorm van zaad beschikbaar komen, in plaats van uit pootaardappels.
    • Zaad is minder ziektegevoelig, waardoor er bij de teelt minder chemische beschermingsmiddelen nodig zijn.
    • Zaad kan gemakkelijker worden getransporteerd.

Hybride aardappelveredeling kan dus bijdragen aan duurzaamheid en voedselzekerheid. Bij hybride aardappelveredeling wordt overigens geen gebruikgemaakt van genetische modificatie.

Niet iedereen is ervan overtuigd dat de beloftes van hybride aardappelveredeling daadwerkelijk kunnen worden waargemaakt. Ook is het de vraag wat de economische en maatschappelijke gevolgen zijn van een succesvolle introductie van hybride aardappelveredeling. Zo vraagt de overgang van het gebruik van pootgoed naar zaad om een andere organisatie van de aardappelketen, en pakt dit mogelijk negatief uit voor de economisch succesvolle Nederlandse pootgoedsector. Daarnaast bestaan er verschillende opvattingen over de gewenste richting waarin de landbouw en de voedselproductie zich zouden moeten ontwikkelen.

Drie toekomstscenario’s
De toekomst van hybride aardappelveredeling is dus onzeker. Om die toekomst te verbeelden en bespreekbaar te maken, heeft het Rathenau Instituut drie toekomstscenario’s ontwikkeld. Met behulp hiervan is nagegaan aan welke economische, maatschappelijke en beleidsmatige voorwaarden moet worden voldaan, wil hybride aardappelveredeling bijdragen aan een meer duurzame teelt en wereldwijde voedselzekerheid. Hierbij is ook gekeken naar een perspectiefvol verdienmodel voor de Nederlandse aardappelsector. De toekomstscenario’s zijn besproken met deskundigen, beleidsmakers en betrokkenen in en buiten de sector. Dit gebeurde in twee workshops en in enkele aanvullende gesprekken.

De drie scenario’s spelen zich af in het jaar 2040. Ze zijn gebaseerd op uiteenlopende verhaallijnen die elk gebruikmaken van vier, variabele bouwstenen:

  • Regie: wie heeft de macht in de aardappelsector?
  • Vraag: wat zijn de belangrijkste markt- en consumententrends?
  • Technologie: wat zijn de belangrijkste technologische trends?
  • Focus: ligt de focus op intensieve of extensieve landbouw?

De scenario’s laten zien dat het maatschappelijk krachtenveld waarbinnen een technologische innovatie als hybride aardappelveredeling gestalte krijgt, invloed heeft op hóe de technologie wordt ingezet. Andersom heeft de technologie invloed op de verhoudingen binnen de sector. Inzicht in de wisselwerking tussen beide biedt aangrijpingspunten om deze innovatie in wenselijke banen te leiden.

Er is voor elk scenario uitgegaan van een succesvolle introductie van hybride aardappelveredeling. Elk scenario is gebaseerd op een al zichtbare trend:

  • Het scenario ‘Mondiaal Duopolie in 2040’ ligt in het verlengde van de huidige trend binnen de landbouw van schaalvergroting en intensivering.
  • Het scenario ‘Circulair en Hightech in 2040’ is geïnspireerd door de visie van duurzame intensivering.
  • Het scenario ‘Diverse Markten in 2040’ gaat uit van het idee van participatieve veredeling, waarbij boeren betrokken zijn bij de ontwikkeling van nieuwe rassen.

Hieronder staan de scenario’s in het kort beschreven aan de hand van de vier bouwstenen.

Scenario 1: Mondiaal Duopolie in 2040
In 2040 beheersen twee multinationals de aardappelsector. De wereldbevolking is sterk gegroeid en aardappelproducten zijn in veel landen razend populair. In dit scenario wordt gebruikgemaakt van de volgende vier, variabele bouwstenen:

  • Regie: Twee grote multinationals zijn wereldwijd in regie en beheersen de aardappelsector. Zij bepalen welke aardappel gegeten wordt.
  • Vraag: De vraag naar aardappel is wereldwijd hard gestegen, maar de Europese consumentenmarkt heeft aan belang verloren.
  • Technologie: De multinationals maken pragmatisch keuzes over het gebruik van zaadaardappels dan wel van pootgoed, van genetische modificatie dan wel van hybride veredeling, en van gewasbeschermingsmiddelen.
  •  Focus: Grootschalige aardappelproductie, waarbij de opbrengst per hectare leidend is, draagt bij aan wereldvoedselzekerheid, maar gaat ten koste van het milieu.

Scenario 2: Circulair & Hightech in 2040
In 2040 is Nederland hard getroffen door de opwarming van de aarde. Een groot deel van het Nederlands landbouwareaal heeft moeten plaatsmaken voor natuur. In dit scenario wordt gebruikgemaakt van de volgende vier, variabele bouwstenen:

  • Regie: De Nederlandse overheid stelt aan bedrijven strenge ecologische duurzaamheidsvoorwaarden, om zo de economie circulair te maken. De traditionele Nederlandse pootgoedsector is verdwenen.
  • Vraag: De Nederlandse consument betaalt meer voor smakelijk, gezond en gevarieerd voedsel. Nederlandse aardappeltelers richten zich vooral op lokale markten.
  • Technologie: De Nederlandse landbouw leunt sterk op technologische innovatie om te kunnen omgaan met problemen als gevolg van klimaatverandering. Armere landen kunnen deze technologische ontwikkelingen niet bijbenen.
  • Focus: Meer ruimte in Nederland voor natuur betekent dat aardappeltelers maximaal moeten produceren op beperkt beschikbare landbouwgrond.

Scenario 3: Diverse Markten in 2040
In 2040 zijn patenten op de natuurlijke eigenschappen van planten wereldwijd afgeschaft. Publieke organisaties dragen zorg voor de toegankelijkheid van geschikte aardappel-ouderlijnen. In dit scenario wordt gebruikgemaakt van de volgende vier, variabele bouwstenen:

  • Regie: Veredelaars gebruiken wereldwijd hybride veredeling om regionaal aangepaste rassen te ontwikkelen. De Nederlandse pootgoedsector produceert alleen nog voor de lokale markt. Wereldwijd handelt Nederland in kennis over veredeling en geïntegreerde aardappelketens.
  • Vraag: De interesse van consumenten in lokaal voedsel is toegenomen. De verwerkende industrie vraagt om uniforme rassen.
  • Technologie: Innovatie in de aardappelsector richt zich vooral op natuurlijke veredeling van rassen.
  • Focus: Een groot deel van de wereldwijde productie is kleinschalig en divers, en maakt gebruik van lokale infrastructuren. Aardappels voor de verwerkende industrie worden in bulk geproduceerd door grotere boerenbedrijven.

Drie lessen uit de scenario’s
De scenarioworkshops en gesprekken, en onze analyse daarvan, hebben de volgende drie scenario-overstijgende lessen opgeleverd. Ze bieden handvatten om hybride aardappelveredeling bij te laten dragen aan een ecologisch duurzame en zekere voedselvoorziening, met behoud van een perspectiefvol verdienmodel voor de Nederlandse aardappelsector.

Les 1: Wet- en regelgeving voor de ontwikkeling van nieuwe rassen
Het is van belang om een innovatieve markt voor veredelaars in stand te houden, zodat nieuwe aardappelrassen ontwikkeld blijven worden die op een duurzame manier bijdragen aan voedselzekerheid. Daarvoor moeten overheden door middel van nationale en internationale wet- en regelgeving borgen dat:

  • veredelaars toegang houden tot genetisch materiaal en nieuwe kennis;
  • veredelaars gebruik kunnen maken van diverse veredelingstechnieken; en
  • nieuwe aardappelrassen op de markt worden beschermd, zodat het voor veredelaars loont om daarin te investeren.

Overheden kunnen hiervoor zorgen door:

  • genenbanken aan te leggen en in stand te houden;
  • publieke kennisinstituten te blijven financieren, zodat een gemeenschappelijke kennisbasis blijft bestaan; en
  • vast te houden aan een voorziening als het kwekersrecht, dat veredelaars de mogelijkheid biedt nieuwe rassen te beschermen en eraan te verdienen.

Les 2: Zorg voor een diversiteit aan genen, rassen én teeltsystemen
De verschillende manieren waarop hybride veredeling in de scenario’s wordt ingezet, laten zien dat veredelingstechnologie op zichzelf geen oplossing biedt voor vraagstukken op het gebied van duurzaamheid en voedselzekerheid. De technologie biedt zowel kansen voor de ontsluiting van een brede genetische diversiteit als voor de ontwikkeling van bijna identieke rassen, die wel verschillen wat betreft het type ingebouwde resistentiegenen. De technologie kan zo worden ingezet bij verschillende veredelingsstrategieën en teeltsystemen. Het is belangrijk dat een diverse aanpak wordt gestimuleerd. Voor een goede maatschappelijke inbedding moet bovendien goed worden nagedacht over de combinatie van het ras, het teeltsysteem en de productieketen. In de ogen van de betrokken partijen is de overheid de aangewezen partij om voorwaarden te stellen, zodat hybride aardappelveredeling daadwerkelijk bijdraagt aan de gestelde maatschappelijke opgaven.

Het is daarom aan de overheid om marktpartijen te stimuleren om:

  • bij de ontwikkeling van nieuwe rassen ziekteresistenties op een duurzame manier in te bouwen, bijvoorbeeld door gebruik te maken van stapeling van resistentiegenen (verschillende resistentiegenen in één ras);
  • gebruik te maken van gemengde teeltsystemen, met verschillende rassen op het veld, waardoor ziektes minder snel doorbreken; en
  • in te zetten op zowel breed inzetbare als niche rassen, gericht op zowel kortetermijn- (opbrengstzekerheid) als langetermijndoelen (en zo toegang te geven tot een brede genetische diversiteit).

Les 3: Zet in op kennispositie Nederlandse sector
De scenario’s laten zien dat de vooraanstaande positie van de Nederlandse aardappelsector niet vanzelfsprekend is. Maar de sterke kennispositie van de sector kan de basis vormen voor een nieuw verdienmodel in de vorm van export van kennis. De sector kan daarmee substantieel bijdragen aan een optimalere teelt in andere landen. Deze vraagt niet alleen om goede aardappelrassen, maar ook om kennis van lokale productieomstandigheden en ontwikkeling van lokale aardappelinfrastructuren. Met zijn kennis over aardappelveredeling, aardappelteelt en aardappelketens kan de Nederlandse sector een schakelpositie in lokale ketens verwerven.

Om een internationale rol van betekenis te blijven spelen, is het dan ook van belang dat de Nederlandse aardappelsector en de overheid blijven investeren in de ontwikkeling van fundamentele en toegepaste kennis.

Bij voorkeur citeren als:
Edelenbosch, R. en G. Munnichs (2020). De aardappel heeft de toekomst – Drie scenario’s over de hybride aardappel en de wereldvoedselvoorziening. Den Haag: Rathenau Instituut

Conclusie

Hybride aardappelveredeling kan een belangrijke rol spelen in het streven naar ecologische duurzaamheid en wereldvoedselzekerheid. Maar het spreekt niet vanzelf dat deze beloften worden waargemaakt. Een technologische innovatie als hybride aardappelveredeling kent niet slechts één mogelijk ontwikkelingspad. Hoe deze innovatie in de praktijk vorm krijgt wordt bepaald door economische, maatschappelijke en beleidsmatige keuzes.

Bedrijven kunnen – binnen bepaalde marges – kiezen hoe duurzaam ze willen opereren en welke bijdrage ze willen leveren aan het wereldvoedselvraagstuk. Die keuzes worden mede gestuurd door de publieke druk die maatschappelijke organisaties op bedrijven uitoefenen en door de regelgeving en het kennis- en innovatiebeleid van de overheid. Dat betekent dat zowel bedrijven, maatschappelijke organisaties als de overheid aan zet zijn.