Synthetische cel moet maatschappij dienen, niet alleen economie
Bezoekers bij de Dutch Design Week worden welkom geheten op een fictieve babyshower voor een synthetische cel. Foto: Laura Marienus/Rathenau Instituut
Het ontwikkelen van synthetische cellen moet volgens burgers bijdragen aan een duurzamere en eerlijkere wereld. Dat blijkt uit een analyse van het Rathenau Instituut van honderd gesprekken met bezoekers van de Dutch Design Week. De bezoekers willen dat de overheid innovatie van kunstmatige cellen stimuleert voor maatschappelijke doelen en dus niet alleen, zoals nu vooral gebeurt, voor het stimuleren van de economie.
In het kort
- Het Rathenau Instituut interviewde bezoekers van de designweek over de synthetische cel
- Ze zijn niet voor of tegen, maar zien kansen en risico's.
- Ze vinden dat de synthetische cel moet bijdragen aan de maatschappij.
Een lege wieg, slingers met wensen, en blauwe, witte en roze muisjes in reageerbuizen vormden de kunstinstallatie waarbij onderzoekers spraken met bezoekers van de Dutch Design Week 2021. De onderzoekers voerden in negen dagen meer dan duizend gesprekken met burgers over wat zij vinden van het kunstmatig creëren van cellen. Honderd gesprekken werden opgenomen, geanalyseerd en verwerkt in het vandaag verschenen rapport Welkom op de babyshower.
Opmerkelijk is dat de bezoekers van de Dutch Design Week met name wensen dat de overheid innovatie stimuleert voor maatschappelijke doelen en aandacht heeft voor de maatschappelijke inbedding van innovatie. Het Nederlandse innovatiebeleid is vooral gericht op het stimuleren van de economie. In de gesprekken benoemen burgers dat doel niet.
Verder zijn de geïnterviewde bezoekers niet voor of tegen de synthetische-celtechnologie. Ze zien vooral kansen en risico’s. Ook vinden ze dat onderzoekers van synthetische cellen open moeten staan voor ethische aspecten en voor de inbreng van een breed publiek.
‘De gesprekken op de Dutch Design Week zijn een mooie eerste stap’, zegt onderzoekscoördinator Rinie van Est. ‘De waarden die uit deze gesprekken voortkomen, bieden een goede basis voor het vervolg van het maatschappelijke en politieke debat over de synthetische cel.’
