In Nederland mogen apen als proefdier worden ingezet als er geen alternatief voorhanden is. Het betreft vooral fundamenteel wetenschappelijk onderzoek en toepassingsgericht onderzoek voor nieuwe medicijnen als dat niet kan met een andere diersoort. In de briefing stellen de onderzoekers dat het onmogelijk is apenproeven een op een te vervangen door een alternatieve proef. Voor afschaffing van proeven met apen zonder gevaar voor de volksgezondheid is een nieuwe manier van denken en werken nodig. Melanie Peters, directeur van het Rathenau Instituut: “De maatschappelijke en politieke houding ten opzichte van experimenten met apen is veranderd. Onze verkenning toont aan dat als Nederland het onderzoek met apen op termijn wil afschaffen, we nu moeten beginnen te denken in termen van proefdiervrije innovatie.”
De briefing voor de Tweede Kamer volgt op de verkenning ‘Van aap naar beter - Een verkenning en dialoog over proeven met apen’. Daarin stond de vraag centraal, hoe proeven met apen in Nederlandse onderzoekscentra zo snel mogelijk kunnen worden afgeschaft, zonder dat dit gevolgen heeft voor het onderzoek dat strikt noodzakelijk is voor de bestrijding van levensbedreigende ziekten en uitbraken van infectieziekten die de volksgezondheid bedreigen. Voor het onderzoek sprak het Rathenau Instituut verschillende belanghebbenden. Zij delen de toekomstvisie dat niet langer gezocht moet worden naar een model dat apen één op één vervangt, maar naar andere manieren om de volksgezondheid te waarborgen. Naar innovaties die proefdiervrij zijn. Over de snelheid waarmee dit kan worden bereikt, verschillen belanghebbenden wel van mening.
Het rapport brengt de risico’s en kansen in kaart en bespreekt verschillende routes om bij deze gedeelde visie te komen. Daarmee kan Nederland opnieuw wereldwijd voorloper zijn, net als met de afschaffing van onderzoek met mensapen en het gebruik van proefdieren voor ontwikkeling van cosmetica.
Download het rapport ‘Van aap naar beter - Een verkenning en dialoog over proeven met apen’.