In het kort
- Het aandeel vrouwelijke hoogleraren in Nederland is over de jaren toegenomen.
- De technische universiteiten in Nederland hebben het kleinste aandeel vrouwelijke hoogleraren.
- Vergeleken met andere EU-landen is een relatief laag aandeel van de Nederlandse hoogleraren vrouw.
Hoe ziet het aandeel vrouwelijke hoogleraren eruit binnen Nederlandse universiteiten?
HGL | |
OU | 42,6 |
UM | 36,1 |
LEI | 32 |
RU | 31,9 |
UU | 31,9 |
TiU | 30,4 |
UVA | 30 |
VU | 29,6 |
RUG | 29,4 |
Totaal | 28,7 |
WU | 26,6 |
EUR | 25,3 |
UT | 22,9 |
TUE | 22,7 |
TUD | 18,9 |
Inhoudelijke toelichting
Wanneer we de personeelssamenstelling van hoogleraren aan universiteiten in ogenschouw nemen, is te zien dat het aandeel vrouwelijke hoogleraren hoger is bij algemene, brede universiteiten. Bij technische universiteiten (TU Eindhoven en TU Delft) is het het aandeel vrouwen het kleinst.
Binnen welke universitaire wetenschapsgebieden werken de meeste vrouwelijke hoogleraren?
HGL | |
Economie | 18,5 |
Techniek | 19,8 |
Natuur | 20,9 |
Landbouw | 26,7 |
Totaal | 28,7 |
Divers | 32,9 |
Recht | 34,3 |
Taal & Cultuur | 39,5 |
Gedrag & Maatschappij | 42 |
Inhoudelijke toelichting
In de afgelopen tien jaar is het aandeel vrouwelijke hoogleraren binnen alle wetenschapsgebieden toegenomen. Naast de gebieden Taal & Cultuur en Gedrag & Maatschappij, is sinds 2016 ook binnen het hoofdgebied Recht meer dan een kwart van de hoogleraren vrouw. Bij de gebieden Economie, Techniek en Natuur is het aandeel vrouwelijke hoogleraren in 2023 het laagst van alle wetenschapsgebieden met respectievelijk 18,5%, 19,8% en 20,9%.
Hoe ziet het aandeel vrouwelijke hoogleraren eruit binnen universitair medische centra?
% vrouwen | |
Erasmus MC (Rotterdam) | 24,2 |
LUMC (Leiden) | 26,6 |
AMC (Amsterdam) | 28,8 |
Maastricht UMC | 29,1 |
Totaal | 29,7 |
Radboudumc (Nijmegen) | 29,8 |
UMCU (Utrecht) | 30,8 |
UMCG (Groningen) | 31,5 |
VU MC (Amsterdam) | 38,0 |
Inhoudelijke toelichting
Inzicht in het aandeel vrouwelijke hoogleraren binnen umc’s is te vinden in de Monitor Vrouwelijke Hoogleraren, die wordt gepubliceerd door het Landelijk Netwerk Vrouwelijke hoogleraren (LNVH). Het aandeel vrouwelijke hoogleraren bij de umc's was 30% in 2022 en dus iets hoger dan bij de universiteiten. Dit aandeel varieert van 24,2% tot 38,0%. In vergelijking met 2020 is bij het LUMC het aandeel vrouwelijke hoogleraren het meest gestegen met 2,8 procentpunt.
Hoe verhouden deze cijfers zich ten opzichte van andere Europese landen?
2018 | |
NOO | 30,9 |
FIN | 30,3 |
ZWE | 28,2 |
FRA | 27,7 |
POR | 27,2 |
GBR | 26,4 |
IJS | 26,3 |
EU-28 | 26,2 |
IER | 25,6 |
OOS | 25,1 |
ZWI | 24,1 |
SPA | 23,9 |
ITA | 23,7 |
DEN | 22,6 |
NED | 22,3 |
DUI | 20,5 |
BEL | 20,3 |
Inhoudelijke toelichting
Vergeleken met de EU-landen heeft Nederland een relatief laag aandeel vrouwelijke hoogleraren (op basis van cijfers van 2018). In de grafiek hebben alleen België en Duitsland een lager aandeel. Maar ook Luxemburg, Hongarije en Cyprus (landen die niet in de grafiek zijn opgenomen) kennen een lager aandeel dan Nederland (She Figures 2021). Omdat het aandeel vrouwelijke hoogleraren in Nederland groeit is het de vraag of Nederland Europees gezien nu nog steeds achterloopt of inmiddels tot de middenmoot behoort.
Het Wetenschappelijk Onderwijs Personeel Informatie databestand (WOPI-databestand) wordt jaarlijks door UNL bij veertien universiteiten opgevraagd volgens een vastgesteld format en definitieafspraken. De peildatum van de WOPI-data is 31 december van het betreffende jaar. Het betreft al het personeel dat voor bepaalde of onbepaalde tijd een arbeidsovereenkomst heeft met de betreffende universiteit. Student-assistenten en tijdelijk ingehuurd personeel worden niet meegenomen. In de loop van de jaren is het personeel van de medische faculteiten binnen bijna alle academische ziekenhuizen overgegaan van de universiteit als werkgever naar het academische ziekenhuis ofwel het universitair medisch centrum (umc). Het gebied Gezondheid (volgens de HOOP-classificatie) laat om die reden een inconsistent beeld zien van universitair personeel, met name bij vergelijkingen over de jaren heen, en wordt daarom niet meegenomen in de data en grafieken.
Voor een uitleg van de gebruikte definities en afkortingen verwijzen we graag naar de webpagina Definities en afkortingen.
Downloads
-
NL-Cijfers over universitair personeel(WOPI).xlsx
bestand type xlsx - bestand formaat 318.96 kB
Gerelateerde publicaties
- De hoogleraar
- Vrouwen in de wetenschap
- Academische carrière van wetenschappers
- Onderzoeksbeurzen: opstap voor vrouwen in hun wetenschappelijke carrière?
- Universitaire functies naar geslacht en leeftijd
- Het aandeel vrouwelijk universitair personeel naar functiecategorie
- Het aandeel vrouwelijke onderzoekers in Nederland en andere landen
- Vrouwelijke gepromoveerden in Nederland