calendar tag arrow download print
Doorgaan naar inhoud

Groep met weinig vertrouwen in wetenschap is kleiner geworden

Artikel
14 maart 2022

Foto: Ivo Antonie de Rooij - Shutterstock

Image
Winkelstraat in Dronten

Eind 2020 concludeerde het Rathenau Instituut dat er in Nederland een relatief grote groep is die weinig vertrouwen heeft in de wetenschap. Dit bleek uit een nadere analyse van een omvangrijk internationaal onderzoek dat twee jaar eerder had plaatsgevonden. Uit een herhaling van dit onderzoek dat onlangs is gepubliceerd, blijkt dat deze groep kleiner is geworden. De omvang is nu vergelijkbaar met die in andere landen.

In het kort

  • De groep Nederlanders met weinig vertrouwen in de wetenschap is in 2020 een stuk kleiner dan in 2018.
  • Het vertrouwen in de wetenschap in Nederland is in 2020 vergelijkbaar met referentielanden.
  • De meeste Nederlanders denken dat de regering de mening en expertise van wetenschappers waardeert.

Het onderzoek waarover het Rathenau Instituut eind 2020 publiceerde, was gebaseerd op data die in 2018 waren verzameld. Dit artikel baseert zich op onlangs gepubliceerde data die in 2020 zijn verzameld in 113 verschillende landen.

In veel landen is in 2020 het vertrouwen in de wetenschap gestegen ten opzichte van 2018. Dit heeft waarschijnlijk te maken met de coronacrisis die in 2020 begon, zoals we beschreven in ons rapport Vertrouwen van Nederlanders in wetenschap (enquête 2021). Ook bij andere crises, zoals een terroristische aanslag of vliegramp, stijgt het vertrouwen in instituties, om daarna weer af te nemen.

Net zoals we zagen bij onze eigen enquêtes uit 2021 en 2018, laat ook dit onderzoek zien dat in Nederland het vertrouwen in de wetenschap is gestegen. In 2018 had 86% van de Nederlanders veel of enig vertrouwen in wetenschap. Eind 2020 is dit gestegen naar 90%. De groep met niet veel of helemaal geen vertrouwen, is een stuk kleiner geworden: van 14% naar 6%. In 2020 is er ook een kleine groep (4%) die geen antwoord op de vraag kon geven.

De onderstaande grafieken laten zien hoeveel vertrouwen inwoners van verschillende landen in 2020 en 2018 hebben in de wetenschap. Links staan de landen waar de groep die veel of enig vertrouwen heeft het grootste is.  Hoe verder naar rechts, hoe minder het vertrouwen.

In bovenstaande grafiek is te zien dat het percentage mensen dat veel of enig vertrouwen in de wetenschap in 2020 heeft, voor alle landen dicht bij elkaar ligt: het percentage varieert tussen de 86% en 97%. Een deel van de verschillen tussen de landen kan mogelijk verklaard worden door cultuurverschillen, waardoor mensen vragen anders beantwoorden. Wat verder opvalt, is dat het vertrouwen in China sterk gestegen is. In 2018 had men in China nog het minste vertrouwen in de wetenschap en in 2020 staat het land op de derde plaats.

Nederland scoort in 2020 redelijk gemiddeld op vertrouwen in de wetenschap. Ook op andere vragen die te maken hebben met vertrouwen in de wetenschap, scoort Nederland rond het gemiddelde van de referentielanden. Dit is bijvoorbeeld het geval als we kijken naar het vertrouwen in wetenschappers, de mate waarin mensen wetenschappers vertrouwen om accurate informatie over de wereld te ontdekken, en in hoeverre Nederlanders denken dat het werk van wetenschappers ten goede komt aan het publiek.

Nederlanders denken dat regering inbreng wetenschappers waardeert

De meeste Nederlanders denken eind 2020 dat de regering de mening en expertise van wetenschappers waardeert. 81% van de Nederlanders denkt dat hier veel of enige waardering voor is. Nederland staat hierbij op de vijfde plek van de referentielanden, na Ierland, Finland, Zwitserland en Denemarken (zie onderstaande grafiek). Er zijn duidelijke verschillen tussen landen. Bij China heeft bijvoorbeeld een grote groep geen antwoord op deze vraag gegeven, mogelijk doordat mensen voorzichtig zijn met het geven van hun mening. Bij Spanje en Italië valt op dat minder dan de helft van de bevolking denkt dat de regering veel of enige waardering heeft voor de mening en expertise van wetenschappers. Deze vraag is in de enquête in 2020 voor het eerst gesteld en we kunnen dus niet kijken naar het verschil met 2018.

Als gevraagd wordt hoeveel de rijksoverheid bij beslissingen over de aanpak van het coronavirus rekening houdt met wetenschappelijk advies, scoort Nederland vergelijkbaar met andere landen. 86% van de Nederlanders denkt dat de overheid veel of enigszins rekening houdt met wetenschappelijk advies. Spanje en de Verenigde Staten scoren op deze vraag het laagst. Zo’n 60% denkt daar dat de overheid bij beslissingen over het coronavirus veel of enigszins rekening houdt met wetenschappelijk advies en zo’n 40% denkt dat er weinig of helemaal geen rekening mee gehouden wordt. Dat de Verenigde Staten zo laag scoren, heeft mogelijk te maken met de voormalige president die zich bij beslissingen over corona niet altijd baseerde op wetenschappelijke inzichten.  

De internationale enquête is in 113 landen gehouden tussen september 2020 en januari 2021. In hoeverre de resultaten nog van toepassing zijn op de situatie op dit moment, is niet te zeggen. Mogelijk is het beeld in het afgelopen jaar nog veranderd. Het blijft daarom belangrijk om het vertrouwen in de wetenschap regelmatig te monitoren en te kijken of de antwoorden in de loop van tijd veranderen.

Gerelateerde content: