calendar tag arrow download print
Doorgaan naar inhoud

De toekomst van onze kennissamenleving

Image
kennissamenleving
In de afgelopen jaren heeft het Rathenau Instituut de breedte van het Nederlands kennis- en innovatielandschap steeds beter in kaart gebracht. Daarmee laten we zien dat tientallen organisaties en instellingen zich bezighouden met innovatie en kennisontwikkeling. Van living lab tot universiteit en hogeschool. Van bedrijf tot Nederlands Forensisch Instituut. Voor de politieke en maatschappelijke discussies over de toekomst van onze kennissamenleving is het belangrijk een goed beeld te hebben van de manier waarop kennis tot stand komt.

Dit artikel gaat over vitale kennisecosystemen, één van de vier thema's uit het werkprogramma 2019-2020. De andere thema's zijn maakbare levens, kennisgedreven democratie en digitale samenleving

Wetenschappelijk onderzoek en innovatie zijn een onmisbaar onderdeel van onze samenleving. Ze maken het mogelijk om veiligheid te garanderen in een veranderende mondiale samenleving. Om een circulaire economie te ontwikkelen. Om ontwikkelingen in de samenleving te begrijpen. Of om de grenzen van onze kennis te verleggen. We hebben gezien dat Nederlanders veel waardering hebben voor wetenschap.

Rol van het Rathenau Instituut

De laatste jaren hebben we gezien dat er een grotere variëteit ontstaat aan onderzoek, met aandacht voor samenwerking tussen vakgebieden, organisaties en onderzoekers. Nieuwe onderzoeksgebieden, technologieën en de vraag vanuit maatschappelijke uitdagingen, leiden tot meer diversiteit in onderzoek (kennis cocreatie, open science, citizen science) en nieuwe samenwerkingsvormen (zoals publiek-private samenwerking en living labs).

Wat vraagt dit van bestaande organisaties? Het Rathenau Instituut brengt deze ontwikkelingen in kaart en vraagt zich af welke verschillende vormen van kennis nodig zijn voor de toekomst van onze kennissamenleving in het licht van nationale en internationale uitdagingen.

In gesprek over Nederland als kennissamenleving

Begin 2019 zullen we debatten organiseren samen met collega-instituten over de toekomst van kennis. Het Rathenau Instituut werkt in een internationaal netwerk en brengt Feiten en Cijfers bij elkaar onder andere over investeringen in onderzoek, internationalisering en maatschappelijke impact van wetenschap. Deze geven inzicht in de langjarige ontwikkelingen in Nederland in relatie tot andere landen.

Wat is er nodig voor de toekomst en wie kan daarin verantwoordelijkheid nemen? Is het mogelijk om vanuit een bredere visie op het belang van kennis, expertise en opleiding in onze kennissamenleving te komen tot aanknopingspunten voor een verschillend denken over wetenschap en innovatie? En welke kennis is nodig om dit te vertalen naar beleid?

Wat is er nodig voor de toekomst en wie kan daarin verantwoordelijkheid nemen?

Wat onderzoeken we?

Hoe kunnen kennisecosystemen goed functioneren? Welke nieuwe vormen van onderzoek ontwikkelen zich? Hoe zorgen we ervoor dat het onderzoek zo is ingericht dat het ook de toekomstige wetenschappelijke en maatschappelijke vragen aan kan? Welke rol hebben overheden en anderen daarbij?

Die vragen staan centraal in het programma ‘Vitale kennisecosystemen’. We onderzoeken hoe de behoefte aan kennis zich ontwikkelt en hoe internationale en Nederlandse kennisinstituten functioneren en gefinancierd worden. En we bekijken hoe beleid voor fundamenteel en toegepast onderzoek effectief kan zijn. Binnen het thema ‘Vitale kennisecosystemen’ doen we op vier onderwerpen nieuw onderzoek:

Nieuwe kennisecosystemen

Sommige kennisecosystemen zijn historisch gegroeid, zoals rond thema’s als water en gezondheid. Andere zijn nieuwer, door de opkomst van open innovatiestrategieën van bedrijven en regionaal kennisbeleid. We signaleren bij allerlei publieke en private partijen een toegenomen belangstelling voor regionale kennisecosystemen.

Het heeft geleid tot ‘Economic Boards’ voor specifieke regio’s, valleys en campussen rond specifieke kennis- en technologiegebieden. Soms leidt dat ook tot nieuwe onderzoeksinstituten. De rol van bedrijven ontwikkelt zich en er ontstaan nieuwe strategische partnerships tussen bedrijven en universiteiten. Ook het praktijkgericht onderzoek van lectoraten wordt vaak gekoppeld aan de regionale functie, en laat een diversiteit zien aan vormen van praktijkgericht onderzoek en hoger onderwijs.

Het doel is om de dynamiek van regionale kennisecosystemen beter te begrijpen: hoe kan regionaal onderzoeks- en innovatiebeleid bijdragen aan wetenschappelijke en maatschappelijke uitdagingen en hoe kunnen organisaties deze kennisecosystemen versterken? Denken vanuit kennisecosystemen kan de manier waarop wordt gekeken naar de impact van kennisorganisaties voor de samenleving en voor fundamentele kennisontwikkeling verbeteren.

Variatie in hoger onderwijs en onderzoek

Het toenemende economische en maatschappelijke belang van wetenschappelijke kennis maakt dat de vraag hoe het hoger onderwijs en onderzoek te organiseren, urgent. Digitaal hoger onderwijs, lectoraten, open science, mobiliteit van studenten, industrial doctorates en university colleges zijn uitingen van nieuwe mogelijkheden en behoeftes. Ze vragen om doordenking van de huidige governance van het hoger onderwijs en onderzoek.

Het doel is om vanuit de publieke functies van instellingen voor hoger onderwijs en onderzoek, opties aan te dragen voor een toekomstbestendige governance, en om de politieke besluitvorming hierover te ondersteunen. Onderwerpen die nu op de agenda staan zijn de bekostiging en de verwevenheid van onderwijs en onderzoek. We geven daarbij ook aandacht aan de positie van hogescholen. Zestig procent van de studenten studeert aan een hogeschool. De manier waarop andere landen hun universiteiten en hogescholen hebben ontwikkeld, zijn onderdeel van dit onderzoek.

Open science, open to society

In Europa is een beweging ingezet naar meer openheid in onderzoek en innovatie. Deze ontwikkeling, die in Nederland omarmd wordt, beoogt een fundamentele paradigmaverandering in de manier waarop fundamentele wetenschap en toegepaste R&D (onderzoek en ontwikkeling) functioneren. Kern is het betrekken van stakeholders bij alle fasen van het onderzoeksproces, van agendavorming tot het gebruik van resultaten.

Om dit te faciliteren staat het delen van data, resultaten en faciliteiten tussen onderzoekers, publieke instellingen en bedrijven, centraal. Het doel is om vanuit het publieke belang van wetenschappelijke kennis, te kijken naar deze ontwikkeling van open innovation, open science, open to the world (3O’s). Specifieke vragen zijn: hoe hebben publieke organisaties en ngo’s baat bij de toegang tot kennis? In hoeverre hebben zij ook toegang tot het doen van onderzoek?

Ook kijken we waar openheid op grenzen stuit. Hoe moeten we de beweging naar open science zien in het licht van de huidige geopolitieke ontwikkelingen, die geslotenheid van markten oproept en het informatie delen wellicht bemoeilijkt, terwijl universiteiten internationaliseren en met mondiale spelers publiek-private samenwerking aangaan?

In Europa is een beweging ingezet naar meer openheid in onderzoek en innovatie.

Expertises en transities

De vitaliteit van kennisecosystemen is afhankelijk van de vraag of er voldoende expertise is om te reageren op uitdagingen. Zijn we in verschillende sectoren in staat om front-edge technologieën te ontwikkelen en digitale mogelijkheden om te zetten in verantwoorde diensten? Om milieuvriendelijke productieprocessen te ontwikkelen en klimaatrobuuste aanpassingen te ontwerpen?

Rond steeds meer onderwerpen wordt verwacht dat mensen in staat zijn verschillende kennisgebieden bij elkaar te brengen. En analyse, ontwerp en bestuur te combineren en samen te werken in flexibele organisatorische verbanden. Wat betekent dat voor expertises die nodig zijn, en voor de opleiding van professionals? Is er samenwerking nodig met HBO en MBO?

Het doel van dit project is te analyseren wat de betekenis is van technologie-gedreven transities. We willen in dat kader kijken binnen specifieke kennisecosystemen, zoals de universitair medische centra en hightechsectoren, en naar de expertises nodig voor uitdagingen als de circulaire economie en energietransitie.

Lees verder: