Uitgevers beheren de tijdschriften waarin wetenschappers hun artikelen publiceren. Elk tijdschrift onderwerpt ingezonden artikelen aan een interne screening en aan een peerreview-proces, waarin collega-wetenschappers de kwaliteit beoordelen. Wanneer het artikel wordt gepubliceerd, wordt het copyright ervan vaak eigendom van de uitgever. Iedereen die het artikel wil inzien, moet daarvoor betalen. Universiteiten en instituten sluiten daarvoor overeenkomsten met uitgevers, waarmee tijdschriften van die uitgevers beschikbaar komen voor hun medewerkers en studenten.
Nederland heeft de ambitie om wetenschappelijke publicaties 100% open access te publiceren (Dekker, 2013; Ministerie van OCW, 2017). De verwachting is dat dit zal leiden tot een grotere en bredere benutting van wetenschappelijke kennis. De roep om open access hangt ook samen met het feit dat veel onderzoek met publieke middelen wordt gefinancierd en met discussies over de prijs voor toegang tot publicaties. In september 2018 ondertekende wetenschapsfinancier NWO samen met de Europese Onderzoeksraad ERC en tien andere Europese onderzoeksfinanciers daarom Plan S: per 1 januari 2020 moeten alle resultaten van onderzoek dat is gefinancierd door nationale of Europese publieke onderzoeksraden en financieringsorganisaties, gepubliceerd worden in ‘compliant’ openaccess-tijdschriften of -platformen (Science Europe, 2018).
Open access houdt in dat wetenschappelijke publicaties voor de lezer gratis beschikbaar zijn, bijvoorbeeld om te lezen, te downloaden, te verspreiden of te bewerken – zo lang de originele auteur erkend wordt (BOAI, 2002).
Er zijn verschillende vormen van open access, die verschillen in de versie van het artikel dat open access beschikbaar is, de plek waar het artikel beschikbaar is en/of de voorwaarden waaronder het beschikbaar is. Deze verschillende vormen worden aangeduid met een kleur: goud, groen en brons.
In deze factsheet onderscheiden we de volgende drie 'routes' van open access:
Vorm | Versie artikel | Plaats van publicatie | Rechten |
---|---|---|---|
Gouden route | De door de uitgever gepubliceerde versie | In een openaccess-tijdschrift of open access in een abonnementstijdschrift (ook wel hybride genoemd) | Lezen en gebruik |
Bronzen route | De door de uitgever gepubliceerde versie | Via website of platform van de uitgever | Alleen lezen: licentie voor gebruik is vaak afwezig of onduidelijk |
Groene route | Een gepeerreviewde versie van het artikel | Een archief (repository) beheerd door een wetenschappelijke instelling | Lezen en gebruik |
Zoals onderstaande figuur laat zien, steeg het aandeel wetenschappelijke artikelen dat open access is gepubliceerd voor Nederland van 20% van de publicaties uit 2002 tot 44% van de publicaties uit 2016. Recente metingen van open access door DANS (45% in 2017) laten een vergelijkbaar beeld zien. De VSNU komt alleen voor de Nederlandse universiteiten uit op 50% in 2017. Informatie over deze metingen vindt u in de bijlage.
Onderstaande figuur laat ook zien via welke ‘routes’ de artikelen beschikbaar komen. Een deel van de artikelen is via meerdere ‘routes’ beschikbaar. De categorie ‘Groen & Goud’ duidt op artikelen die zowel via een tijdschrift (goud) als via een database (groen) voor de lezer gratis beschikbaar zijn. Een auteur of de instelling waar hij of zij werkt heeft er dan voor gekozen de publicatie ook in een database te plaatsen.
Gemiddeld genomen is 48% van de artikelen die beschikbaar zijn via de groene route, ook via de bronzen route beschikbaar. Deze zijn in de figuur meegenomen als groen, omdat in dat geval de rechten voor hergebruik duidelijk zijn en de kans klein is dat het artikel weer achter een betaalmuur verdwijnt (Van Leeuwen et al., 2017).
De meeste openaccess-publicaties worden volgens de groene route gepubliceerd. 69% van alle openaccess-publicaties uit 2016 is (onder andere) beschikbaar via een database. Dit is 30% van het totaal aantal Nederlandse publicaties in dat jaar.
De gouden route is het snelst gegroeid. Het aandeel van openaccess-publicaties dat (onder andere) via de gouden route wordt gepubliceerd, is toegenomen van 4% van de publicaties uit 2002 tot 58% van de publicaties uit 2016. Het merendeel (59%) van deze gouden openaccess-publicaties staat in een openaccess-tijdschrift. Gouden openaccess-publicaties beslaan 26% van het totaal aantal Nederlandse publicaties uit dat jaar. De groene route wordt ook belangrijker.
Steeds meer artikelen zijn zowel via de gouden als via de groene route beschikbaar. Van de ‘gouden publicaties’ uit 2016 is 77% ook ‘groen’ beschikbaar. Omgekeerd geldt dat 65% van de ‘groene publicaties’ uit 2016 ook ‘goud’ beschikbaar is. Dit laat zien dat steeds meer auteurs en instellingen gebruikmaken van de mogelijkheid om een artikel dat door de uitgever open access is gepubliceerd ook in een database op te nemen.
De volgende figuur laat zien dat open access in alle landen toeneemt en dat Nederland vooroploopt in het aandeel publicaties dat open access gepubliceerd wordt. Met 44% in 2016 loopt Nederland min of meer gelijk met het Verenigd Koninkrijk (43%). Nederland loopt voor op de overige ons omringende landen. In België is 36% van de publicaties uit Web of Science open access beschikbaar, in Duitsland 33% en in Frankrijk 30%.
2002 | 2009 | 2016 | |
---|---|---|---|
China | 6.2 | 10.5 | 22.6 |
Frankrijk | 15.6 | 22.4 | 30 |
Australië | 16 | 22.8 | 30.6 |
Zuid-Korea | 9.6 | 17.9 | 32.1 |
Canada | 16.2 | 24.5 | 32.2 |
Duitsland | 13.5 | 22.7 | 33.2 |
Japan | 18 | 24.5 | 34.4 |
Finland | 17.7 | 23.9 | 34.8 |
België | 15.5 | 24.2 | 35.5 |
Ierland | 17.3 | 24.7 | 38.4 |
Oostenrijk | 13.5 | 21.8 | 39.4 |
Denemarken | 21.7 | 30.5 | 39.5 |
Noorwegen | 17.7 | 25.6 | 39.8 |
Verenigde Staten | 16.8 | 33.1 | 39.9 |
Zweden | 18.6 | 27.8 | 39.9 |
Zwitserland | 17.9 | 29.3 | 41.6 |
Verenigd Koninkrijk | 20 | 28 | 42.9 |
Nederland | 20.2 | 33 | 43.9 |
Andere analyses bevestigen dat Nederland internationaal voorloopt op het gebied van open access. Zoals het ERA Progress Report 2016, dat een internationale vergelijking geeft van het aandeel open access, inclusief publicaties die beschikbaar zijn op sociale netwerken zoals Academia.edu. Ook in de analyse van Van Leeuwen et al. (2017) van het CWTS is Nederland met 37% koploper van de referentielanden. Nederland wordt gevolgd door het Verenigd Koninkrijk, België, Ierland en Zweden met elk 34% open access.
Om open access mogelijk te maken, is een verandering van het publicatieproces noodzakelijk. Dat roept vragen op over nieuwe manieren van publiceren, de bekostiging van openaccess-publicaties, het behoud van de kwaliteit van publicaties en de belangrijke rol die publicaties spelen bij de kwaliteitsborging van wetenschappelijk onderzoek (zie bijvoorbeeld: Finch, 2012; Pinfield, 2015; AWTI, 2016). Uitgevers hanteren verschillende businessmodellen voor het open access publiceren van artikelen. Ook overheden en wetenschapsfinanciers stellen eisen aan de publicatievoorwaarden, die met elkaar kunnen botsen.
De kosten van open access publiceren versus het bestaande publicatiemodel zijn lastig in beeld te brengen. Dit hangt onder meer af van de manier waarop het openaccess-systeem vorm krijgt en of de uitgevers hun sterke positie in de markt behouden. Het is denkbaar dat een systeem waarin alle wetenschappelijke publicaties open access zijn, uiteindelijk goedkoper is voor de kennisgebruikers dan het conventionele systeem van betaling voor toegang tot abonnementstijdschriften (Houghton et al., 2009; Witmond et al., 2014). Maar het is evenzeer mogelijk dat de kosten van een volledig openaccess-systeem juist hoger zullen zijn dan in het conventionele systeem (AWTI, 2016; CPB, 2016). De vraag is wie de kosten gaan dragen van de transitie en van het open access publiceren.
Kwaliteit, tot slot, is een vraagstuk omdat de status van de tijdschriften waarin wetenschappers publiceren en het peerreview-systeem verbonden aan publicatie, een essentieel onderdeel zijn van de kwaliteitsborging van wetenschappelijk onderzoek en de beoordeling van wetenschappers.
Meer gegevens over open access in Nederland vindt u in het achterliggend databestand.
Data verzamelen over open access is nog altijd werk in uitvoering. De informatie over de openaccess-status van artikelen in databases is niet altijd compleet, omdat nog niet van elke publicatie onomstotelijk is vastgesteld of het open access beschikbaar is. Er zijn daarom altijd vraagtekens te stellen bij de betrouwbaarheid en validiteit van de meetmethoden.
Voor deze factsheet hebben we gebruik gemaakt van data uit Web of Science (WoS). WoS werkt samen met Impactstory om aan te geven welke publicaties in WoS open access zijn en direct naar deze versies te linken. Impactstory is een non-profitorganisatie die zich inzet voor de toegankelijkheid van wetenschappelijk onderzoek. Zij ontwikkelden onder andere Unpaywall, een database met meer dan 20 miljoen openaccess-versies van wetenschappelijke artikelen (https://unpaywall.org/).
Piwowar et al. (2018) laten zien dat 97% van de artikelen die in deze database als open access geïdentificeerd zijn, ook daadwerkelijk open access zijn. In dit opzicht is de database dus erg betrouwbaar. Tegelijkertijd identificeert Unpaywall maar 77% van de artikelen die feitelijk open access zijn ook als open access. De percentages open access in WoS zijn dus waarschijnlijk een onderschatting van de werkelijkheid.
Een verdere beperking van de WoS-database is dat de natuur- en biomedische wetenschappen hierin relatief sterk vertegenwoordigd zijn. De sociale en geesteswetenschappen zijn hierin juist minder vertegenwoordigd (Van Leeuwen, 2013; Mongeon & Paul-Hus, 2016).
Van Leeuwen et al. (2017) van het CWTS combineren Web of Science data met meerdere bronnen om de open access status te bepalen (zonder ResearchGate en Scihub). Zij nemen alleen gouden en groene open access mee om de duurzaamheid en wettelijkheid van de openaccess-status van de artikelen te borgen.
Bronnen