calendar tag arrow download print
Doorgaan naar inhoud

Digitalisering in het hoger onderwijs vraagt aandacht

Artikel
19 november 2019
Image
Onderwijs en praktijk

De inzet van ICT-toepassingen in het hoger onderwijs vindt op veel niveaus plaats (logistiek, leerproces, vakgebied, onderwijsmodel) en op steeds grotere schaal. Dit daagt de traditionele rollen uit van docenten, studenten en instellingen. De inzet van ICT verandert ook de inrichting van het curriculum en leidt tot nieuwe vormen van toetsing en certificatie. Op 20 november vergadert de Tweede Kamer in een rondetafelgesprek over digitalisering in het hoger onderwijs. Ten behoeve van deze vergadering schreven we onderstaand Bericht aan het Parlement.

Aandachtspunten

Het Rathenau Instituut identificeert vijf aandachtspunten die helpen om disruptieve ontwikkelingen in het onderwijs in goede banen te leiden.

  • Investeer in nieuwe onderwijsmodellen waar mens en machine samenwerken;
  • Coördineer op landelijk niveau principes voor verantwoord datagebruik in het onderwijs;
  • Voorkom de toename van sociale ongelijkheid door de inzet van technologie;
  • Maak plaats in het curriculum van het hoger onderwijs voor technologisch burgerschap;
  • Houd rekening met de maatschappelijke effecten van modulair, digitaal onderwijs.

Introductie

Digitalisering raakt het hoger onderwijs op veel verschillende manieren. We kunnen daarbij vier niveaus onderscheiden:[1]

  • ICT-gebruik in de logistiek (faciliteiten in onderwijszalen, administratieve processen);
  • ICT-gebruik in het leerproces (MOOCs, blended learning, learning analytics, Virtual Reality en Augmented Reality);
  • ICT in het curriculum (kennis en vaardigheden die nodig zijn op de arbeidsmarkt en in het dagelijks leven);
  • ICT en de impact op de organisatie van het onderwijs (certificering, flexibilisering, nieuwe doelgroepen vanwege leven lang leren, samenwerking bedrijven). 

We identificeren vijf aandachtspunten bij de toenemende inzet van digitale middelen in het hoger onderwijs. Per punt schetsen we wat nu gebeurt of wat er in de toekomst mogelijk staat te gebeuren. We laten zien dat digitalisering een aantal belangrijke ontwikkelingen ondersteunt en bevordert.

  • Meer gepersonaliseerd onderwijs, afgestemd op de behoeften en de capaciteiten van individuele studenten.
  • Een grotere rol voor (ook buitenlandse) ondernemingen in het Nederlandse hoger onderwijs, zowel in het primaire proces (het onderwijs zelf), als bij de ondersteunende diensten.
  • Meer belangstelling onder studenten voor opleidingen bestaande uit losse opleidingsmodules, afkomstig van een breed spectrum van onderwijsinstellingen – ook na toetreding tot de arbeidsmarkt.

Om tot een verantwoorde inzet van nieuwe digitale technologie te komen moet deze ingebed worden in de goede praktijken die in Nederland ontwikkeld zijn voor kwaliteit van onderwijs, didactiek en pedagogiek. Het is belangrijk niet alleen te kijken naar de verwachte opbrengst van digitale toepassingen in het hoger onderwijs, bijvoorbeeld leerwinst of efficiënter management, maar ook naar waarden die door de inzet van de technologie bevorderd (kunnen) worden of mogelijk in het gedrang komen. Het gaat hierbij om privacy en digitale veiligheid, maar ook om rechtvaardigheid, autonomie, democratische besluitvorming en controle over technologie.[2] Digitalisering maakt het nodig om deze waarden deels opnieuw te definiëren.

[1]      https://www.vsnu.nl/files/documenten/VSNU-agenda-digitalisering-in-universitair-onderwijs.pdf.
[2]      Zie daarvoor onze rapporten Opwaarderen (2017) en Waardevol Digitaliseren (2018). Zie ook: https://www.scienceguide.nl/2019/11/bescherm-de-publieke-waarden-in-het-onderwijs/.

Aandachtspunten

We formuleren de volgende aandachtspunten:

Lees het volledige Bericht aan het Parlement