calendar tag arrow download print
Doorgaan naar inhoud

Toegang tot kennis voor iedereen

Image
kennis democratie
Het Rathenau Instituut heeft vanaf de jaren ’80 veel onderzoek gedaan naar de rol van kennis en bewijs in politieke besluitvorming en veel ervaring opgedaan met maatschappelijke dialoog rond betwiste onderwerpen. Deze expertise willen ook de komende jaren inzetten om het betrekken van burgers bij besluitvorming te verbeteren. Het gaat dan over besluitvorming waarbij zowel wetenschappelijke inzichten een rol spelen, als belangen en verschillende waarden.

Dit artikel gaat over kennisgedreven democratie, één van de vier thema's uit het werkprogramma 2019-2020. De andere thema's zijn maakbare levens, vitale kennisecosystemen en digitale samenleving

Digitalisering van kennis

Kennis is niet meer voorbehouden aan aangewezen experts. Met digitale toegang tot kennis en informatie, en eindeloze mogelijkheden om eigen inzichten en opvattingen te verspreiden, verplaatst het politieke en maatschappelijke debat zich naar verschillende fora.

Dat dwingt experts, kennisinstellingen en overheden nieuwe vormen te vinden om op verantwoorde wijze kennis voor beleid te ontwikkelen. Daarbij moet steeds vaker ook inbreng van betrokkenen en burgers georganiseerd worden. Bijvoorbeeld om betere onderzoeksvragen te stellen, om hun expertise en kennis te kunnen gebruiken en te zorgen dat ook zij toegang hebben tot de resultaten.

Rol van het Rathenau Instituut

Onderzoek van het Rathenau Instituut en anderen heeft de laatste jaren laten zien dat Nederlanders veel vertrouwen hebben in wetenschap, en dat zij verwachten dat politici en beleidsmakers wetten, regels en besluiten baseren op wetenschappelijke inzichten.

Burgers willen zelf graag betrokken worden bij besluitvorming, maar zijn ook realistisch over hun rol ten opzichte van experts. Maar ophef over de luchtkwaliteit, geluidsnormen, de ammoniakuitstoot of het gebruik van aardwarmte laat zien dat op het moment dat er wantrouwen is en een besluit niet wordt geaccepteerd, ook de onderliggende kennis ter discussie komt te staan.

Hoe kunnen we er voor zorgen dat het denken over burgerbetrokkenheid zich verdiept en wetenschappers, overheden en politici, realistische verwachtingen hebben van de betrokkenheid van burgers? En andersom dat burgers vertrouwen kunnen hebben dat hun belangen op tijd meegenomen worden in besluitvorming? Er is een kleine groep burgers die zich heeft afgekeerd van dit soort processen. Hoe betrekken we ook deze groep op de juiste manier?

Dialoog over de rol van wetenschappelijke kennis

De Nederlandse burger heeft veel vertrouwen in wetenschap. Maar zodra wetenschappelijk onderzoek zich inlaat met de overheid of het bedrijfsleven, daalt dat vertrouwen, ontstaat soms ophef en dan zijn uitspraken van experts niet voldoende.

Tegelijk is samenwerking van wetenschap met de overheid of het bedrijfsleven nodig voor de aanpak van maatschappelijke vraagstukken – en vraagt de samenleving daar ook om. We willen nagaan onder welke voorwaarden publiek vertrouwen in wetenschap overeind blijft, ook bij samenwerking met andere partijen.

De nadruk ligt daarbij op ‘evidence informed policies’. Welke eisen stelt publiek vertrouwen aan beleidsgerichte kennisproductie door universiteiten en publieke kennisinstellingen, en aan het gebruik daarvan door beleidsmakers? En wat kunnen burgers redelijkerwijs verwachten van de inzet van wetenschap voor maatschappelijke vraagstukken?

Met behulp van focusgroepen met burgers willen we de voorwaarden onderzoeken voor publiek vertrouwen in beleidsgericht onderzoek. De uitkomsten hiervan verbinden we met eerder onderzoek van het Rathenau Instituut naar wetenschappelijke integriteit en naar kennis en beleid. Het Rathenau Instituut wil daarmee een constructieve bijdrage leveren aan het debat over de rol van weten- schappelijke kennis in een kennisgedreven democratie.

Hoe zorgen we dat burgers vertrouwen kunnen hebben dat hun belangen op tijd meegenomen worden in politieke besluitvorming?

Onderzoek naar kennisgedreven democratie

Wat gebeurt er als nieuwe kennis tot wantrouwen of controverses leidt? Hoe kan debat productief zijn in een tijdperk van online nieuwsbeïnvloeding, filterbubbels, trollen, videomanipulatie? Kan digitalisering de samenleving helpen om vertrouwen te winnen? Die vragen staan centraal in het thema ‘Kennisgedreven democratie’.

We onderzoeken de inbreng van experts en burgers bij beleid en politieke besluitvorming. En kijken bijvoorbeeld naar onderzoeksorganisaties met een publieke taak, zoals het KNMI en het RIVM. Die zijn opgericht om onze samenleving met hun kennis te ondersteunen. De huidige maatschappelijke uitdagingen vragen om een sterke en kennisgedreven democratie.Binnen het thema ‘Kennisgedreven democratie’ doen we op drie onderwerpen nieuw onderzoek:

Toekomstbestendige democratie

In welke richting zou de democratie zich moeten ontwikkelen om in de toekomst voldoende vertrouwen en draagvlak te genieten, en hoe zou digitale techno- logie dit kunnen ondersteunen? In veel landen is te zien hoe het politieke landschap polariseert. Deze polarisatie lijkt te worden gefaciliteerd door de digitalisering van persoonlijke interacties en publieke media. 

De manier waarop in verschillende landen, en ook in ons land, technologie wordt ingezet bij economische productie en maatschappelijke processen, veroorzaakt nieuwe verschillen in ‘kennis, macht en inkomen’, in status en kansen. En de manier waarop technologie wordt gebruikt bij de verspreiding van nieuws en informatie, leidt tot uiteenlopende wereldbeelden en opvattingen. Voor het Rathenau Instituut is de vraag welke rol technologieën kunnen hebben om de democratie ook in de toekomst goed te houden.

Aspecten daarvan zijn de vraag, hoe technologie wordt ingezet om mensen meer bij democratische processen te betrekken en het vertrouwen daarin te versterken, en welke institutionele en organisatorische veranderingen daarbij horen. Daarbij kijken we ook naar mogelijkheden om de volksvertegenwoordiging via parlement en gemeenteraden te versterken.

Hoe kan debat productief zijn in een tijdperk van online nieuwsbeïnvloeding, filterbubbels, trollen en videomanipulatie?

Kennis voor ministeries

Ministeries zijn kennisintensieve organisaties. Ze beschikken over kennis ten behoeve van beleids- ontwikkeling en -uitvoering en als ze er niet over beschikken, laten ze deze ontwikkelen: ze laten onderzoek verrichten. Bovendien hebben ministeries een rol in de relatie met kennisinstellingen ten behoeve van een sector (zoals de landbouw of de watersector) of een breder maatschappelijk belang (zoals de zorg of de veiligheid).

Het maatschappelijk rendement van publieke kennisinstellingen is voor een belangrijk deel afhankelijk van de wijze waarop departementen de onderzoeksuitkomsten gebruiken voor hun beleid. Een eerste inventarisatie heeft laten zien dat ministeries hierin verschillend opereren. Dat roept de vraag op hoe departementen van elkaar kunnen leren. Het doel van het project is bij te dragen aan betere benutting van kennis door de overheid, met name als het gaat om maatschappelijke uitdagingen.

Nieuwe technologie, nieuwe vragen, nieuwe risico’s

Biotechnologie is een klassiek onderwerp voor studies naar ethische en sociale impact van nieuwe wetenschap en technologie. Het heeft ook tot specifieke reguleringsregimes geleid, bijvoorbeeld rond de toelating van genetisch gemodificeerde organismes. Daardoor is een innovatieregime ontstaan waar veel aandacht is voor risico’s.

In sommige andere domeinen is er een gezamenlijk tijdelijke stopzetting van wetenschappers op ontwikkeling van bepaalde toepassingen, zoals killerdrones. Dit kan echter leiden tot locked-in situaties die verantwoorde innovaties verhinderen. Rond nieuwe technologie zien we dat innovatie-deelnemers en overheden proberen te ontsnappen aan oude regimes, en ruimte proberen te creëren door technologie een nieuwe naam te geven. De ervaring laat zien dat deze re-framing de cruciale vragen over verantwoorde innovatie, ethische kwesties en risico’s niet doet verdwijnen: er blijft politieke en publieke discussie nodig.

Doel van het project is het publieke debat en politieke besluitvorming over nieuwe vormen van technologie te ondersteunen, en mogelijkheden te verkennen voor goede regulering. Hierin werken we onder andere samen in een groot Europees consortium aan het begrip ‘voorzorg’ en met het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat in het kader van nieuwe regulering van nieuwe biotechnologie.

Lees meer over digitale democratie: